Architecten probeerden hun kerken zo hoog en sierlijk mogelijk te maken – alsof ze met hun torens naar God reikten.
Elke stad wilde de grootste en mooiste kerk hebben. Zo lieten burgers zien dat ze trouw waren aan God.
Slide 7 - Slide
Hoger, beter, mooier
De bouw van de dom (latijn: domus, huis) in Keulen is begonnen in 1248, maar de kerk was pas in 1880(!) klaar. De bouw lag vaak jaren stil omdat het geld op was, of omdat delen van de kerk tijdens de bouw instorten. De beide torens van de kerk zijn ongeveer 160 meter hoog.
Slide 8 - Slide
Organisatie van de kerk
Kerken in een bepaald gebied vormen een bisdom. --> Bestuurd door een bisschop = baas over de pastoors in het Bisdom.
Kathedraal = belangrijkste kerk in bisdom
Bisschoppen benoemd door paus = hoofd van de katholieke kerk(Rome)
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Steeds meer kritiek op katholieke kerk en kloosters; Té rijk en té machtig
Terug naar eenvoudig leven (zoals Jezus)
Er werden nieuwe kloosterorden gesticht - nieuwe en strengere leefregels voor monniken en en nonnen / sober leven.
Slide 11 - Slide
Ketters
Ketterij = mensen die afweken van de officiële kerkelijke leer. --> brandstapel Bijv ook:
Joden (verantwoordelijk voor kruisiging Christus)
Moslims (de baas in Palestina; Jeruzalem en omstreken)
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Video
Contact tussen
christenen en moslims
Het contact is meestal vreedzaam: handel
Pelgrims hebben ook vrij toegang tot Palestina en Jeruzalem
Dit verandert als de Arabieren, Jeruzalem veroveren en de Heilige Grafkerk verwoesten ( 1009) > gevaarlijk om er nog heen te reizen.
Slide 14 - Slide
Bekijk de plattegrond van Jeruzalem
Hier liggen heiligdommen van 3 grote godsdiensten.
Christenen gingen op bedevaart hier naartoe.
Zij werden (volgens keizer Alexius) door Seldsjoeken lastiggevallen.
Slide 15 - Slide
Problemen in het
Byzantijnse Rijk
De keizer van het Byzantijnse Rijk (= het Oost Romeinse Rijk, Keizer Alexius is dus een Romeinse keizer) voelt zich bedreigd.
Arabieren hebben Jeruzalem in hun macht en zijn dichtbij zijn Rijk.
De keizer vraagt de paus om hulp.
Slide 16 - Slide
Een Heilige Oorlog
In 1095 roept paus Urbanus II op tot een heilige oorlog, een kruistocht.
Doel 1: Bevrijden van het Heilig Land Palestina van een Islamitisch volk (=de Seldsjoeken)
Doel 2: Terugdringen van de Arabische invallen in het Byzantijnse rijk
1096: Zo’n 320.000 mannen en vrouwen gaan op Kruistocht.
Slide 17 - Slide
Hier zie je de route van de eerste kruistocht
Slide 18 - Slide
Waarom zou je meevechten?
de Heilige stad bevrijden.
Hun zonden konden vergeven worden door de kruistocht, dus als straf.
Een avontuur waar je rijk van kon worden en grond innemen.
Ridders kunnen eigen koninkrijken stichting
Slide 19 - Slide
Jeruzalem wordt heroverd
1099
Jeruzalem wordt door de kruisridders heroverd op de moslims > slechts 40.000 kruisvaarders wisten levend aan te komen bij de stad.
In Jeruzalem slachtten de kruisvaarders de moslims af > een enorme schok.
Slide 20 - Slide
Saladin vecht terug
De Arabieren, die Jeruzalem ook als een Heilige stad zien, vechten terug.
Jeruzalem in 1187 terugveroverd door Saladin.
De eerste Kruistocht was nog enigszins succesvol, de latere (2e t/m de 9e) niet meer.
Slide 21 - Slide
Oorlog in naam van God
Slide 22 - Slide
Gevolgen
Toename handel in Europa (Italië) en het Midden-Oosten.....economisch gevolg
Kennis over de Arabische cultuur en wetenschap (arabische cijfers) in Europa neemt toe. bv over besmettelijke ziekten, kennis van vroegere beschavingen, kompas.....culturele gevolgen
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Video
Slide 25 - Video
Aan het werk....
Maak opdr par 5,2 en 5,3 (3 t/m 10)
Werk de lesdoelen en de tijdbalk in je schrift uit.
Bekijk de ontdekkingsplaat van 5.1, 5.2 en 5,3
Lees par 5,1, 5,2 en 5,3
bereid de so voor
timer
15:00
Slide 26 - Slide
Dit tijdvak heet ..
A
Monniken en Ridders
B
Steden en Staten
C
Ontdekkers en Hervormers
D
Kruistochten en Steden
Slide 27 - Quiz
Steden en Staten tijdvak duurt van?
A
500-1000
B
0-1000
C
500-1500
D
1000-1500
Slide 28 - Quiz
Hoe noem je de geestelijke die de kerkdiensten voor de gelovigen verzorgt?
A
Priester
B
Monnik
C
Bisschop
D
Kardinaal
Slide 29 - Quiz
De kerk is verdeeld in parochies. Een parochie wordt bestuurd door een.....
A
Paus
B
Bisschop
C
kardinaal
D
Dominee
Slide 30 - Quiz
De Kerk kent veel soorten geestelijken. Maar wie waren het belangrijkst? zet de geestelijken in de juiste volgorde
Paus
Kardinaal
Aartsbisschop
Bisschop
Pastoor
Slide 31 - Drag question
Fransiscanen en dominicanen zijn voorbeelden van:
A
Bedelorden
B
Bisdommen
C
Inquisitieleiders
D
Soldaten van de kerk
Slide 32 - Quiz
Maak de goede combinaties tussen betekenis en begrip.
Betekenis
Begrip
Een landbouwmethode waarbij een stuk land in het eerste jaar wordt gebruikt voor wintergraan, in het tweede jaar voor zomergraan en in het derde jaar braak ligt.
Tijd van steden en staten (1000-1500).
Beroep waarbij je producten met de hand maakt.
Een economie waarin mensen elkaar met geld betalen.
Groep steden die met elkaar samenwerkten om meer handel te krijgen
Het voor landbouw geschikt maken van bossen en moerassen.
drieslagstelsel
late Middeleeuwen
ambacht
geldeconomie
Hanze
ontginnen
Slide 33 - Drag question
Wat wordt bedoeld met Inquisitie?
A
Een inquisitie is de hoogste figuur in de kerk na de paus.
B
Een inquisitie is een onderzoek naar een vernieuwd wereldbeeld.
C
Een inquisitie is een kerkelijke rechtbank.
D
Een inquisitie is een officieel verzoek om geld van een paus.
Slide 34 - Quiz
Wat zijn: Kruistochten
A
Oorlog tegen de aanhangers van Islam.
B
Tocht langs een kruispunt.
C
Gelovigen die lopend kruisen gingen verspreiden.
D
Een bedevaart om je zonden te vergeven
Slide 35 - Quiz
Hoeveel kruistochten zijn er gehouden?
A
17
B
25
C
3
D
9
Slide 36 - Quiz
Wie liepen er NIET mee met de kruistochten
A
moslims
B
arme mensen
C
kinderen
D
soldaten
Slide 37 - Quiz
Wanneer waren de kruistochten?
A
de 8ste eeuw
B
de 10de eeuw
C
de 9de eeuw
D
de 11de eeuw
Slide 38 - Quiz
Waarom werden Kruistochten georganiseerd?
A
Om het geloof te verspreiden.
B
Omdat kruisvaarders van avontuur hielden
C
Om te vechten.
D
Om Jeruzalem te bevrijden.
Slide 39 - Quiz
Welke paus riep op tot de kruistochten?
A
Johannes II
B
Alexis
C
Fransiscus
D
Urbanus II
Slide 40 - Quiz
Deze opdracht gaat over de oproep van paus Urbanus II in 1095, die leidde tot de eerste kruistocht.
Wat was de aanleiding voor de oproep van de paus in 1095?
A
De Byzantijnse keizer had de paus om steun gevraagd in de strijd tegen de Turken.
B
De heilige stad Jeruzalem was in handen gevallen van sultan Saladin.
C
Franse ridders hadden bij Poitiers een zware nederlaag toegebracht aan een islamitisch leger.
D
In het Midden-Oosten was opnieuw oorlog uitgebroken tussen de soennieten en de sjiieten.
Slide 41 - Quiz
Bekijk deze afbeelding en beantwoord de volgende vraag
Slide 42 - Slide
Bij welke gebeurtenis hoort deze afbeelding?
A
De verovering van Jeruzalem door christelijke strijders
B
De verovering van Jeruzalem door islamitische strijders
C
De oproep van paus Urbanus tot de eerste kruistocht
D
De verovering van Constantinopel door de Turken
Slide 43 - Quiz
Wat zijn gevolgen van de kruistochten
A
De uitvinding van de boekdrukkunst
B
Arabische cijfers
C
De kruisboog
D
Kennis van het hierogliefen
Slide 44 - Quiz
Waarom gingen veel edelen na de vraag van de paus op kruistocht?
A
De edelen wilden graag oorlog gaan voeren tegen de Islamitische Turken;
B
De paus beloofde deelnemers aan de kruistocht veel goud en kostbaarheden;
C
De deelnemers hoopten op een plaatsje in de hemel;
D
Veel edelen zagen de kruistocht als een groot avontuur.
Slide 45 - Quiz
Lees de bron en beantwoord de LAATSTE vraag:
Wat geeft de Paus voor voordelen voor mensen die meedoen aan de kruistochten?