S-ED les 1 opgroeien

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

opgroeien

Hoofdstuk 10.1

Vandaag

Welkom

planning komende weken

Wat weet je al? ~ 5 min

Uitleg ~ 10 min

Quizz ~ 5 min

Zelfstandig werken ~ 15 min

Afsluiting

planning komende weken

week	lesstof
15	opgroeien + anatomie
16	menstruatie
19	SOA's
20	Genderindentiteit en seksualiteit
21	zwangerschap
22	genetica

crgrf

Klassen code voor LessonUp

aanmelden met je eigen naam

Opgroeien

•     Je kunt de levensfasen en een aantal kenmerken daarbij noemen.
•     Je kunt uitleggen dat je lichaam verandert door hormonen en hoe hormonen werken.
•     Je kunt beschrijven hoe je groeit.

Welke levensfases zijn er?
noem er zoveel mogelijk

Wat en hoe veranderd je lichaam als je ouder word?

In stilte lezen lezen

Hoofdstuk 9.2 goed geregeld

blz. 148 t/m 142

blz. 122 en 123

• Hoe geneest een wondje?
  
• Hoe beschermd de huid je tegen de zon
  

Levensfases

lichamelijk ontwikkeling

geestelijke ontwikkeling

Lichamelijke ontwikkeling

huid

botten

spieren

liengte

Hormonen

Hormoonklier maakt hormonen aan.

Hypofyse

doelwitorganen

regelstoffen die via het bloed worden verspreid en allerlei lichaamsprocessen regelen

Doelwitorganen

receptor

hormoon past alleen op geschikte receptor

structuren met verschillende vormen op een celmembraan; op deze plaats kunnen de hormonen zich hechten

groeihormoon

groeihormoon

jongens krijgen later, meer en langer groeihormoon dan meisjes

Welk orgaan maakt hormonen aan?

1. Hormoonklier
2. Spieren
3. Botten
4. Huid

Waardoor past een hormoon alleen op zijn doelwitorgaan?

1. Hormoonklier
2. Receptor
3. Bloed
4. Past overal

Welk orgaan is verantwoordelijk voor de productie van groeihormoon?

1. Huid
2. Hypofyse
3. Lever
4. Botten

Opgroeien

•     Je kunt de levensfasen en een aantal kenmerken daarbij noemen.
•     Je kunt uitleggen dat je lichaam verandert door hormonen en hoe hormonen werken.
•     Je kunt beschrijven hoe je groeit.

Zelfstandig werken

• Ga rustig bezig met de opdrachten.
• Je mag fluisterend overleggen met je buurman/vrouw.
• Als je een vraag hebt, steek je je vinger op.

Succes!

Blz. 210-218

maken: opdrachten H10.1

Volgende Les

Huiswerk:

 

Blz. 210-218

maken: opdrachten H10.1

huiswerk en meme