Stofwisseling

1 / 37
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Stofwisseling
Een ander woord is metabolisme
Fotosynthese & Verbranding
Koolstofassimilatie & dissimilatie

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

organisch: C,H,O
anorganisch: CO2, H2O,O2

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Geheel van chemische omzettingsprocessen in een organisme
A
stofwisseling
B
metabolisme
C
beide
D
geen

Slide 10 - Quiz

Energie die in de atoombindingen van organische stoffen is opgeslagen
A
licht energie
B
potentiële energie
C
elektrische energie
D
chemische energie

Slide 11 - Quiz

Organisch en Anorganisch
Er is sprake van assimilatie wanneer er organische moleculen worden gevormd uit kleinere moleculen. 
Glucose is hier een voorbeeld van. Glucose = organisch, bevat veel energie.

Slide 12 - Slide

AdenosineTriFosfaat


Slide 13 - Slide

ATP is een energierijke verbinding
Veel ATP kan worden gevormd als een cel dissimileert
De energie voor de vorming van ATP komt vrij uit glucose

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Opbouw van organische moleculen met de hulp van energie
A
assimilatie
B
dissimilatie
C
stofwisseling
D
metabolisme

Slide 16 - Quiz

Afbraak van organische moleculen waardoor energie beschikbaar komt
A
assimilatie
B
dissimilatie
C
stofwisseling
D
metabolisme

Slide 17 - Quiz

Assimilatie die autotrofe organismen kunnen uitvoeren
A
koolstofassimilatie
B
voortgezette assimilatie
C
beide
D
geen

Slide 18 - Quiz

Assimilatie die heterotrofe organismen kunnen uitvoeren
A
koolstofassimilatie
B
voortgezette assimilatie
C
beide
D
geen

Slide 19 - Quiz

Vorm van koolstofassimilatie
A
fotosynthese
B
chemosynthese
C
beide
D
geen

Slide 20 - Quiz

ATP en NADP+ zijn
A
enzymen
B
energiedragers
C
transport eiwitten
D
al deze antwoorden

Slide 21 - Quiz

Hoe heet de koppeling van een fosfaat groep aan ADP
A
defosforylering
B
fosforylering

Slide 22 - Quiz

Alle enzymen zijn eiwitten
A
waar
B
niet waar

Slide 23 - Quiz

De stof waarop een enzym inwerkt noemen we
A
substraat
B
product
C
cofactor
D
activator

Slide 24 - Quiz

De energie die moet worden toegevoegd om een reactie op gang te brengen
A
reactie-energie
B
activeringsenergie
C
beide
D
geen

Slide 25 - Quiz

Enzymen zijn katalysatoren van biologische reacties binnen de cel
A
waar
B
niet waar

Slide 26 - Quiz

Hoe heet het proces waardoor enzymen hun ruimtelijk structuur verliezen?
A
decompensatie
B
heroriëntatie
C
transformatie
D
denaturatie

Slide 27 - Quiz

Welke milieu factor kan de enzymactiviteit beïnvloeden
A
temperatuur
B
pH
C
beide
D
geen

Slide 28 - Quiz

Welke factor veroorzaakt onomkeerbare denaturatie van enzymen
A
lage temperatuur
B
hoge temperatuur
C
lage pH
D
hoge pH

Slide 29 - Quiz

Andere naam voor bladgroenkorrel
A
chlorofyl
B
chloroplast
C
tylakoïd
D
stroma

Slide 30 - Quiz

Reacties die plaats vinden in de membraan van tylakoïden
A
Lichtreacties
B
Donkerreacties
C
beide
D
geen

Slide 31 - Quiz

Reacties die plaats vinden in de stroma van de chloroplast(Thylakoiden)
A
Lichtreacties
B
Donkerreacties.
C
beide
D
geen

Slide 32 - Quiz

Wat is het einddoel van de donkerreacties in fotosynthese
A
koolstofassimilatie.
B
water splitsen
C
zuurstof maken
D
ATP maken

Slide 33 - Quiz

Het Organische product van fotosynthese
A
zuurstof
B
water
C
glucose
D
allemaal

Slide 34 - Quiz

Om een reactie op gang te brengen. Kan doordat er activeringsenergie wordt toegevoegd (lucifer blz 154)

De energie die bij de reactie vrijkomt: reactie-energie

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide