Schulden

Burgerschap: Schulden
Documentaire schuldig van HUMAN


1 / 24
next
Slide 1: Slide
BurgerschapMBOStudiejaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Burgerschap: Schulden
Documentaire schuldig van HUMAN


Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het einde van de les:

- Herken je sneller hoe mensen in de schulden kunnen komen.
- Kan je in eigen woorden uitleggen wat de schuldencyclus is. 
- Heb je begroting gemaakt om zicht te krijgen over jouw eigen geldzaken. 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Link

Schuldig afl. 1: beginnen tot openingslied, daarna 12:25  (factuur van 450 naar 1900) 13:05 - Ontruiming waar Ramona het nog ontkent
afl. 2:  1:35 (Ramona op straat gezet), daarna 18:45 (verantwoordelijkheid afschuiven) 
Afl. 3: 12:51 (schulden opbouwen) & 28:05 & 34:05 (de bodem bereiken)
Wat viel jullie op?

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Arm zijn is superduur
Oplopende boetes bij niet betalen

van €450 naar €1900 
en €1200 naar €7000

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Angst & Schuldschaamte
Post niet meer openen, deurbel eruit halen, man niet vertellen

https://www.komuitjeschuld.nl/

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Verantwoordelijkheid afschuiven

Zij regelen wel een huis voor me

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Schuldencyclus
- Kaartenhuis aan schulden
- Risico als je eenmaal erin zit, kom je er niet meer uit. 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Wat is een geldezel?
A
Iemand die zijn pas en pincode uitleent (voor geld)
B
Iemand die niet met geld kan omgaan

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Geldezel
Een geldezel laat zijn of haar bankrekening tegen beloning misbruiken voor criminele activiteiten. De geldezel sluist hierbij (on)bewust frauduleus verkregen geld door naar criminelen. Door gebruik van zo'n tussenstation is de identiteit van de crimineel moeilijker te achterhalen. De geldezel is ook strafbaar. 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

3. Rood staan
op je rekening
A
is gratis
B
kost geld

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Rood staan 
Rood staan is een van de duurste vormen van geld lenen. Over het bedrag dat je rood staat betaal je namelijk tot wel 14 procent rente per jaar. Sta je soms een beetje in het rood, dan is dat helemaal niet erg. De rente is dan te verwaarlozen. Je krijgt wel met hoge rente kosten te maken als je vaker voor grote bedragen in de min staat. Sta je regelmatig rood én heb je genoeg geld op je spaarrekening? Gebruik dan wat van je spaargeld om uit de rode cijfers te komen. Omdat de rentekosten voor rood staan hoger zijn dan de rente-inkomsten van een spaarrekening, ben je zo stukken voordeliger uit.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

5. Hoeveel jongeren hebben geldproblemen?
A
80.000
B
120.000
C
160.000
D
200.000

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Geldproblemen
Naarmate jongeren ouder worden, komen ze vaker geld tekort. 37% van de mbo’ers van 18 jaar en ouder heeft momenteel een schuld. Eén op de vier heeft betalingsachterstanden.
Gaan jongeren op zichzelf wonen, dan neemt de schuldensituatie toe.
Schulden leveren stress op. Uit ervaringen van mbo-docenten blijkt dat studenten met schulden vaker afwezig zijn, moe zijn door veel werken, weinig aandacht aan school besteden, hun studiekosten moeilijk kunnen betalen of zelfs stoppen met school.
Daarnaast belemmeren schulden je een toekomst op te bouwen. Je bent meer bezig met het aflossen dan met de toekomst. Salaris wordt direct gebruikt voor het aflossen van schulden. Het is dan moeilijker om op jezelf te gaan wonen gezien de beperkte financiële middelen die overblijven.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

  Ik heb geldproblemen; wat nu?
  • Je bent niet de enige
  • Maak het bespreekbaar
  • Onderneem actie bij de schuldeisers als je dit kunt. Altijd bellen voor een betalingsregeling.
  • Zoek en accepteer hulp bij:

     -Ouders, school en omgeving

     -Wij(k)-teams

     -Schuldhulpverlening                                                                                                

                                               
                                                                                                                                            

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

En wat is het risico van een negatieve BKR-registratie?

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

Handige websites
  • www.duo.nl (alles over studiefinanciering)
  • www.wijzeringeldzaken.nl (alles over geld voor alle leeftijden)
  • www.startpuntgeldzaken.nl/nibud/alle-geldplannen/geldplan-bijna-18
  • www.scholieren.nibud.nl (alles over geldzaken voor jongeren)
  • www.toeslagen.nl (zorgtoeslag en huurtoeslag)
  • www.belastingdienst.nl/jongeren (belastingaangifte)
  • www.zelfjeschuldenregelen.nl (stappenplan zelf schulden regelen)
  • www.komuitjeschuld.nl/

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

En nog een aantal afkortingen
BKR: Bureau Krediet Registratie
BSN: burgerservicenummer
btw: belasting toegevoegde waarde
cao: collectieve arbeidsovereenkomt
DUO: Dienst Uitvoering Onderwijs
IBAN: International Bank Account Number
Nibud: Nationaal Instituut voor Budget Voorlichting
WSNP: Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen


Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Opdracht

Maak een begroting, gebruik hierbij evt. je bankieren app. 


Voor opstellen het voorbeeld op de volgende pagina of op

persoonlijkbudgetadvies.nibud.nl


Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Inkomsten


Loon.........................................................................
Studiefinanciering.........................................
Zorgtoeslag.........................................................
Andere toeslagen...........................................

Uitgaven

Vaste uitgaven
Telefoonrekening:...................................................
Huur.................................................................................
Zorgpremies ..............................................................
Verzekeringen...........................................................

Wisselende uitgaven:
Boodschappen.........................................................
Kleding...........................................................................
Uitgaan..........................................................................
Benzine..........................................................................
Studieboeken............................................................

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Wat kost studeren én
op jezelf wonen
gemiddeld per maand?
A
€756,64
B
€956,86
C
€1150,16
D
€1446,82

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

€ 96,25          lesgeld MBO € 1155,00 per jaar
€ 366,-           huur
€ 161,-           boodschappen
€ 57,-             studieboeken
€ 55,-             vervoer (naast de OV-kaart)
€ 144,-           ontspanning, uitgaan en sport

€ 47,-             kleding en schoenen
€ 105,-           zorgverzekering
€ 26,-             telefoon
€ 1057,25     per maand


€ 100,16        lesgeld MBO € 1.202,00 per jaar
€ 417,-           huur
€ 181,-           boodschappen
€ 58,-             studieboeken
€ 55,-             vervoer (naast de OV-kaart)
€ 146,-           ontspanning, uitgaan en sport

€ 47,-             kleding en schoenen
€ 120,-           zorgverzekering
€ 26,-     +      telefoon

€ 1.150,16    per maand

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Kan ik dit betalen? Hoe krijg ik dit inkomen bij elkaar?


€ 285,15        Basisbeurs
€ 300,00        Aanv. beurs (max € 381,13)
€ 107,00        Zorgtoeslag
€                    Bijbaan
€                    Bijdrage ouders

€              +    Lenen (maximaal € 190,34)

€ 1.150,16     Per maand 

     

€ 458,01        Tekort

  

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Zoek online om geholpen te worden door de schuldhulpverlening. Binnen hoe snel heb je afspraak?
A
24 uur
B
72 uur
C
1 week
D
2 weken

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions