Globalisering - LessonUp 8 - [§2.2 Verschuiven van het wereldsysteem]

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Maak deze opdrachten in combinatie met je lesboek.

Je mag altijd samenwerken, maar iedereen vult de LessonUp individueel in, uiterlijk voor de les waarvoor het in SOM staat.

Globalisering

H2: De Wereld, een systeem van landen en relaties

§2.2: Verschuiving in het wereldsysteem

Inhoud LessonUp

Deze Les bestaat uit drie delen:

• Uitleg inloggen online versie Grote Bosatlas
• Powerpoint (uitleg, over te slaan of te raadplegen wanneer nodig)
• Opdrachten §2.1

Inlog Grote Bosatlas 55e editie

1. Ga naar de instellingen in je iPad en zoek naar 'Safari'
2. Zorg dat onder 'Privacy en beveiliging' achter de onderdelen 'Voorkom volgen' en 'Blokeer alle cookies' de vinkjes uit staan.
3. Ga naar https://grotebosatlas55.online.noordhoff.nl/
   
4. Log in met de volgende inloggegevens:

        gebruikersnaam: [e-mail]

         wachtwoord: Reviusatlas7

Nu zit je in de online versie van de atlas!

Natuurlijk mag je ook je eigen account aanmaken! Dat is helemaal gratis. Je moet alleen na de registratie de atlas als product aan je account toevoegen door deze code in te voeren of te plakken: W0GFU8Q-7N4NHAA-0F48QHU-8YNTVGY.

De Wereld

Een systeem van landen en relaties

§2.2

Verschuiving in het wereldsysteem

Lees paragraaf 2.2 Verschuiving in het wereldsysteem in je lesboek en bekijk de figuren.

Wat is uitschuiving?

2a

Verklaar met een economisch argument waarom Europa en de V.S.
industriële activiteiten afstootten.
Je antwoord moet een oorzaak-gevolgrelatie bevatten.

2b

Bekijk figuur 2.10 en 2.11.

Verklaar waarom in de macroregio Oost-Azië tegenwoordig uitschuiving plaatsvindt binnen de regio. Gebruik in je antwoord het begrip nieuwe internationale arbeidsverdeling.

2c

Beschrijf de betekenis van de NIC’s en de BRICS-landen
voor de global shift.

3a

Bekijk en lees figuur 2.17 en de atlaskaart De wereld - Globalisering en global shift, Uitvoer van textiel en kleding.

Beoordeel op basis van de gegevens in de grafieken
welk van de twee landen, Pakistan of Bangladesh,
het hoogste ontwikkelingspeil heeft.
Geef twee argumenten voor je keuze. Gebruik daarbij het begrip productieketen.

3b

Bekijk de figuren 2.12 en 2.13. Lees vaardigheid 14 Kaarttypen.

Met welk type kaart zou je de twee verschijnselen in figuur 2.12 en 2.13 ook goed in beeld kunnen brengen?

4a

De meeste Europese landen vallen in figuur 2.12 en 2.13 in
dezelfde hoogste (legenda)klasse als China en India.
Toch vallen die landen niet in dezelfde categorie van het wereldsysteem.

Maak die schijnbare tegenstelling duidelijk.

4b

Noteer op basis van figuur 2.14 twee redenen
voor de relatieve toename van de Zuid- Zuidinvesteringen.

5a

Verklaar de sterke daling in de ontwikkeling van de investeringen
in figuur 2.14 rond 2008 - 2009.
Je antwoord moet een oorzaak-gevolgredenering bevatten.

5b

Bekijk figuur 2.15 en 2.16.

Vanuit welke landen vinden de meeste Zuid-Zuidinvesteringen plaats? Hoe hoog is dat aandeel?

5c

Gebruik de atlaskaart De wereld - Globalisering/ Wereldbeelden,
Transnationale en multinationale ondernemingen.

Maak duidelijk wat deze kaart te maken heeft met kapitaalstromen.

5d

Gebruik figuur 2.17 en het kaartblad
De wereld - Globalisering en global shift.

Waarom zal de broek uit figuur 2.17 niet in Europa in elkaar worden gezet, maar in Tunesië?

7a

Welke landen in Azië zouden ook in aanmerking kunnen
komen voor de locatie van de naai-industrie? Licht toe.

7b

Welke overwegingen zou men bij het maken van spijkerbroeken
kunnen hebben om voor de locatie Tunesië te kiezen en niet voor
de landen uit vraag 7b?

7c

Noteer een nadeel van het opsplitsen van
de onderdelen van de productie over veel landen.

7d

Je hebt het huiswerk voor deze week af. Lekker bezig!

Klaar!