Les 41 (11-04)

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Cours du 11 avril

Programme

• Presentie
• Lesdoelen
• Huiswercontrole + nakijken:

      - Paragraaf A

• Herhalen voca B

     - Pictionary

• Paragraaf B: Tous chez le docteur
• Au travail
• Toets nabespreken
• Devoirs

Lesdoelen

Na de les...

...kun je een artikel over gezondheidszorg in het buitenland begrijpen. 

...ken je woorden die te maken hebben met gezondheid en lichaamsdelen. 

Voordat we verder gaan...

In dit hoofdstuk praten we o.a over pijn aan je lichaam. Wanneer je hierover praat, komt er een bepaald voorzetsel veel terug, namelijk 'à' (aan, in, etc.).

Kijk eens mee naar de volgende zinnen:

- J'ai mal à la jambe. 

- J'ai mal au dos.

- J'ai mal à l'oreille.

- J'ai mal aux doigts.

Heb je een idee waarvan dit een samentrekking is?

Voordat we verder gaan...

Inderdaad het voorzetsel 'à' en het bepaald lidwoord 'le', 'la', 'l' en 'les'. 

Zo krijg je de volgende combinaties:

- à + le = au

- à + la = à la

- à + l' = à l'

- à + les = aux

Je krijgt dan dus au, à la, à l' en aux.

Les parties du corps

Luister mee naar het liedje. 

Welke lichaamsdelen worden er genoemd? 

Zoek een lege bladzij in je aantekeningen schrift of in je werkboek B. Schrijf ze allemaal op. het zijn er 6 in totaal!

Pictionary: voca B

Woorden leren met Pictionary. 

Jullie gaan verder oefenen met de woordjes van A. deze zul je allemaal in het luisterfragment tegenkomen. 

- Jullie spelen met z'n tweeën of drieën. 

- Leerling A kiest een aantal willekeurige woordjes uit de woordenlijst van A.

- Zodra je de woordjes gekozen hebt, ga je ze per woord tekenen. 

- Let op! eerst moet het getekende woord geraden zijn, voordat je een nieuw woord mag tekenen. 

- Een ronde duurt 4 minuten. In deze tijd moet het woord getekend worden en geraden worden. 

- Na 4 minuten wisselen we van rol en gaat leerling B tekenen en leerling A raden. 

- Wie heeft de meeste getekende woorden geraden na beide rondes?

In een drietal kun je de volgende situaties krijgen:

- leerling A tekent > B en C raden. Wie raad het woord als eerst? 

- leerling B tekent > A en C raden. Wie raad het woord als eerst?

'Tous chez le docteur.'

Kijk mee naar de plaatjes en de titel van de leestekst. 

- Wat denk je te gaan lezen in deze tekst.

Lees de inleiding.

- Wat is het onderwerp van de tekst?

Jullie gaan nu aan de slag met de oefeningen uit paragraaf B. 

Au travail!

We gaan eerst even ex. 12a klassikaal doen. 

Maak nu de volgende opdrachten:

- ex. 9a

- ex. 10a, b, c. d

- ex. 11a, b

- ex 12b

Klaar? Slim stampen voca A en B.

Les devoirs

Bestudeer C

Leer voca B

Maak:

- ex. 9a

- ex. 10a, b, c. d

- ex. 11a, b

- ex 12b