Regel 1. Zo veel mogelijk aan elkaar schrijven
Blessuregevoeligheid, kindvriendelijkheid, godsdienstwaanzinnig, elektriciteitsproductiemaatschappij
Regel 2. Op de voorvoegsels non-, no- en ex- volgt een koppelteken
Ex-werknemer, non-figuratief, no-nonsense
Regel 3. Na afkortingen gebruik je een koppelteken
Pabo-student, havo-leerling
Regel 4. Bij gelijkwaardige delen van een samenstelling gebruik je een koppelteken
baas-boven-baasprincpe, glas-in-loodraam, een hotel-restaurant