What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
lesson 3
Schrijf het volgende in je schrift. Klaar? Pak je laptop, ga naar quizlet en oefen BTG1 en BTG2
To be = zijn
I am = ik ben
You are = jij bent
He is/she is/it is = hij/zij/het is
We are = wij zijn
You are = jullie zijn
They are = zij zijn
1 / 22
next
Slide 1:
Slide
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
This lesson contains
22 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
10 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Schrijf het volgende in je schrift. Klaar? Pak je laptop, ga naar quizlet en oefen BTG1 en BTG2
To be = zijn
I am = ik ben
You are = jij bent
He is/she is/it is = hij/zij/het is
We are = wij zijn
You are = jullie zijn
They are = zij zijn
Slide 1 - Slide
Pak je boek voor je
Today: check answers, practise to be, small game
We gaan nakijken.
ga naar blz 22,23 opdr 1b en 2b
blz. 25 opdr 4b en blz 26 opdracht 5A en B
Slide 2 - Slide
Log in op lessonup
Slide 3 - Slide
To be
Slide 4 - Slide
to be
to be = werkwoord (verb)
to be = zijn
Slide 5 - Slide
werkwoord
'zijn'
verb
'to be'
'To be'
Ik
ben
Jij
bent
zij
is
Hij
is
Het
is
Wij
zijn
Jullie
zijn
Zij
zijn
I
am
I'm
You
are
You're
She
is
She's
He
is
He's
It
is
It's
We
are
We're
You
are
You're
They
are
They're
Slide 6 - Slide
To be betekent:
A
hebben
B
zijn
C
doen
Slide 7 - Quiz
To be:
We...
A
is
B
am
C
are
Slide 8 - Quiz
To be:
They...
A
are
B
am
C
is
Slide 9 - Quiz
To be:
He...
A
are
B
am
C
is
Slide 10 - Quiz
To be: I
A
are
B
am
C
is
Slide 11 - Quiz
To be:
Peter
A
are
B
am
C
is
Slide 12 - Quiz
To be:
The elephant ...........
A
are
B
am
C
is
Slide 13 - Quiz
To be
Go to blooket
Slide 14 - Slide
werkwoord
'zijn'
verb
'to be'
'To be'
negative
(ont-
kennend)
I
am not
I'm not
You
are not
You're not
She
is not
She's not
He
is not
He's not
It
is not
It's not
We
are not
We're not
You
are not
You're not
They
are not
They're not
Ik
ben niet
Jij
bent niet
zij
is niet
Hij
is niet
Het
is niet
Wij
zijn niet
Jullie
zijn niet
Zij
zijn niet
Slide 15 - Slide
werkwoord
'zijn'
verb
'to be'
'To be'
question
(vragend)
Ben
ik?
Ben
jij?
Is
zij?
Is
hij?
Is
het?
Zijn
wij?
Zijn
jullie?
Zijn
zij?
Am
I
Are
you?
Is
she?
Is
he?
Is
it?
Are
we?
Are
you?
Are
they?
Slide 16 - Slide
To be:
... it going to be a difficult test?
A
am
B
to be
C
are
D
is
Slide 17 - Quiz
To be:
They ... happy.
A
is
B
am
C
are
Slide 18 - Quiz
To be
Wat zijn 3 vormen van to be?
Slide 19 - Open question
(to be)
I ......... happy.
Slide 20 - Open question
Maak de ontkenning met 'to be':
She ...... (to be) happy.
Slide 21 - Open question
Go to
play.blooket.com
Slide 22 - Slide
More lessons like this
Les 3
September 2022
- Lesson with
11 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 1
Les 2
August 2022
- Lesson with
12 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 1
This is me - Lesson 10. Toets bespreken + luistervaardigheid
September 2022
- Lesson with
14 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Be (am / are / is) 1C
September 2018
- Lesson with
13 slides
Engels
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
Les 17-9 present simple
September 2022
- Lesson with
24 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1,2
This is me - lesson 8. Grammar fitness
September 2022
- Lesson with
12 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Lesson 19-to be & to have
October 2024
- Lesson with
19 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
to be & to have
September 2021
- Lesson with
22 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1