Ethisch dilemma

Etisch Dilemma
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 4

This lesson contains 23 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Etisch Dilemma

Slide 1 - Slide

Ethisch Dilemma

Slide 2 - Mind map

Slide 3 - Video

Keuze's

Je komt iedere dag voor verschillende keuzes te staan:

- Ga ik opstaan vs. blijf ik in bed liggen

- Eet ik een zak chips leeg vs. ik eet een appel

- Zal ik met de fiets naar school gaan vs. zal ik de bus pakken.


Toch zijn dit geen dilemma's.

Slide 4 - Slide

Dilemma's

= een keuze die je moet maken waarbij alle mogelijkheden bezwaren hebben.


Je maakt de keuze wat uiteindelijk het minst nadelig is.



Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Ethische dilemma's

= een belangenconflict, waarbij iemand voor een moeilijke keuze staat omdat waarden en normen met elkaar botsen.


Etisch dilemma :

- Spelen meerdere belangen (van verschillende mensen)

- Het gaat om kwesties van goed en kwaad (moreel juist en onjuist)

- Je moet voor jezelf afwegen wat het meest juist of belangrijkste is.

- Je staat in een tweestrijd: welke keuze je ook maakt, er kleven altijd bezwaren aan.

Slide 7 - Slide

Beroepsethiek
  • De beslissing mag niet in strijd zijn met algemene uitgangspunten van de zorgverlening.
  • De beslissing mag niet in strijd zijn met de beroepsethiek

Slide 8 - Slide

Ethisch dilemma in de zorg

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Dilemma 1

Een verpleegkundige ontdekt dat haar collega geld aan neemt van een bewoner en ze moet beslissen of ze hem wil aangeven.

Slide 12 - Slide

Dilemma 2

Een arts weigert een terminale patiënt morfine te geven, maar de verpleegster kan zien dat de patiënt doodsangst heeft.

Slide 13 - Slide

Dilemma 3

Je gaat om met een vriend die niet erg populair is. Je komt andere vrienden tegen die je uitnodigen om met ze om te gaan, maar ze willen niet dat je vriend komt.

Slide 14 - Slide

Opdracht
Je beschrijft 2 dilemma's die je bent tegen gekomen tijdens je stage.

 

Je bereidt 1 dilemma zo voor dat deze tijdens een bijeenkomst besproken kan worden, hiervoor gebruik je de dilemmamethode. Bereid je dusdanig voor dat je zowel de voor- als de nadelen van de keuzemogelijkheden kan toelichten.
Na afloop van de bijeenkomst schrijf je een reflectieverslag. 

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Vragen?
Nog vragen?

Slide 17 - Slide

Debatteren

Slide 18 - Slide

Spelregels
  1. Je bent voor of tegen de stelling (en je blijft dat)
  2. Je laat de ander uitpraten

  3. Spreken, niet voorlezen
  4. Je overtuigt het publiek
  5. Je reageert op de ander, voordat je een argument geeft
  6. Houd het kort

Slide 19 - Slide

Argumenteren
"Een aanwijzing of reden die jouw standpunt, mening of overtuiging aannemelijk maakt."

Wat maakt een argument krachtig?

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Vragen?
Nog vragen?

Slide 23 - Slide