Modalverben in de t.t. invullen

Modalverben
* Betekenis dürfen, können, mögen
* oefenen vervoegingen t.t.
 met de Modalverben

1 / 12
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Modalverben
* Betekenis dürfen, können, mögen
* oefenen vervoegingen t.t.
 met de Modalverben

Slide 1 - Slide

Modalverben 
Vul de juiste vorm van de Modalverben in

Slide 2 - Slide

kunnen

_________ du diese Aufgabe lösen?

Slide 3 - Open question

kunnen

Warum ________ ihr nicht mitkommen?

Slide 4 - Open question

mogen (toestemming)

Ich ________ nicht rauchen von meinen Eltern.

Slide 5 - Open question

mogen (toestemming)

Ihr ______ nicht alleine in Urlaub fahren.

Slide 6 - Open question

leuk vinden, lusten, houden van

_______ du auch Pommes?

Slide 7 - Open question

leuk vinden, lusten, houden van

Thomas ______ Fußball spielen.

Slide 8 - Open question

leuk vinden, lusten, houden van

Wir ______ Sport in der Schule und Erdkunde finden wir blöd.

Slide 9 - Open question

mogen (toestemming)

Wir ______ Samstag in die Disko gehen!

Slide 10 - Open question

Ik ken de betekenissen van de Modalverben en kan ze in de goede vorm zetten
😒🙁😐🙂😃

Slide 11 - Poll

Ende

Slide 12 - Slide