Herhaling spellingscategorieën thema 5

Thema 5 Spelling
Wat hebben we geleerd in thema 5 van spelling?
1 / 16
next
Slide 1: Slide
SpellingBasisschoolGroep 4

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Thema 5 Spelling
Wat hebben we geleerd in thema 5 van spelling?

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
We doen een quizje over wat we hebben geoefend bij spelling in thema 5. 
Antwoord A: Ga staan
Antwoord B: Ga zitten op je tafel
Antwoord C: Zwaai met je armen in de lucht
Antwoord D: Ga hinkelen 

Slide 2 - Slide

Ober, de soep is l..w
A
louw
B
lauw

Slide 3 - Quiz

Bij ons in de w..k wonen veel kinderen.
A
wijk
B
weik

Slide 4 - Quiz

Je hebt maar een k..s aan!
A
kous
B
kaus

Slide 5 - Quiz

Ober, het vlees is r..w
A
rouw
B
rauw

Slide 6 - Quiz

Met een dw..l maak ik de vloer schoon.
A
dweil
B
dwijl

Slide 7 - Quiz

Je geeft mij zomaar een d..
A
duw
B
duuw

Slide 8 - Quiz

Wat hoor ik toch voor geschr....?
A
geschreew
B
geschreeuw

Slide 9 - Quiz

Ik maak de som opn....
A
opniew
B
opnieuw

Slide 10 - Quiz

De sl..e vos.
A
sluwe
B
sluuwe

Slide 11 - Quiz

In de winter houden wij een sn....ballengevecht.
A
sneewballen
B
sneeuwballen

Slide 12 - Quiz

Op mijn .. doe ik een beetje z..t.
A
ij, zout
B
ij, zaut
C
ei, zout
D
ei, zaut

Slide 13 - Quiz

De p..w heeft bl..we veren.
A
pouw, blouwe
B
pauw, blouwe
C
pouw, blauwe
D
pauw, blauwe

Slide 14 - Quiz

In de boerder.. staan veel g..tjes.
A
boerderij, geitjes
B
boerderij, gijtjes
C
boerderei, geitjes
D
boerderei, gijtjes

Slide 15 - Quiz

Op zijn sch..der zit een spr....
A
schouder, spreew
B
schouder, spreeuw
C
schauder, spreew
D
schauder, spreeuw

Slide 16 - Quiz