This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Guten Morgen
Wie geht es euch?
Slide 1 - Slide
Bitte, nimm dein Handy und log in LessonUp ein!
Zu Hause? Schaltet die Kamera ein!
Slide 2 - Slide
Planung dieser zwei Stunden
1. Wiederholung Naamvallen
2. üben
3. Abschluss
Slide 3 - Slide
Lernziele der ersten Stunde:
Ben je in staat om met behulp van het stappenplan de juiste naamval van zinsdelen te bepalen.
Slide 4 - Slide
Waarom leren we dit?
1. Omdat in het Duits verschillende lidwoorden bestaan die ook nog eens verschillende vormen kunnen hebben
2. Omdat die naamvallen nodig zijn om de functie van een zinsdeel duidelijk te maken (onderwerp, lijdend voorwerp en meewerkend voorwerp.
3. Het voor het leren van de taal én voor leesvaardigheid belangrijk is dat je deze functies kunt herkennen aan de vorm.
Slide 5 - Slide
Weet je het nog?
Slide 6 - Slide
Duitse lidwoorden
Mannelijk
Vrouwelijk
Onzijdig
Meervoud
der
die
das
die
Mannelijk
Vrouwelijk
Onzijdig
Meervoud
ein
eine
ein
keine
Slide 7 - Slide
Altijd mannelijk zijn:
mannelijke personen en dieren
dagen
maanden
jaargetijden
windrichtingen
'weerwoorden': der Sturm, der Regen, der Schnee
automerken
uitgangen: -er, -en, -ismus: der Computer, der Wagen, der Sozialismus,
Slide 8 - Slide
Altijd vrouwelijk zijn:
vrouwelijke personen en dieren
getallen: die Eins, die Fünf
de meeste rivieren en bomen
de meeste woorden eindigend op -e
(uitzonderingen: der Kaffee/Tee, das Ende, das Interesse, der Name, der Junge)
woorden eindigend op: -in -ei, -heit, -keit, -schaft, -ung, -tät, -ik, -ion, -ur die Bäckerei, die Freiheit, die Eigenschaft, die Rechnung, die Identität, die die Nation, die Technik, die Natur
Slide 9 - Slide
Altijd onzijdig zijn:
veel Nederlandse het-woorden (onzijdig)
letters: das A, das Z
woorden die beginnen met Ge- en eindigen op -e: das Gebirge
de meeste woorden met de uitgang -nis
de meeste woorden met de uitgang -tum
verkleinwoorden op -chen en op -lein: das Mädchen, das Häuschen
Slide 10 - Slide
Het Stappenplan
Neem het stappenplan voor je!
Om de naamval van een zinsdeel te bepalen volg je het stappenplan