Klas 1- week 1 (OP SCHOOL)

RELATIONS
1 / 32
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

RELATIONS

Slide 1 - Slide

RELATIONS
Aujourd'hui:
- les objectifs
- Introduction de la thème: Relations
- Vocabulaire deel 1
- Regelmatig werkwoord -er
- Ma famille
- les devoirs

Slide 2 - Slide

Les objectifs
- Ik weet wat mij de komende weken te wachten staat.

- Ik weet (weer) hoe ik een regelmatig werkwoord moet vervoegen.

- Ik kan in korte zinnen iets vertellen over mijn familie. 

Slide 3 - Slide

RELATIONS
Aujourd'hui:
- les objectifs
- Introduction de la thème: Relations
- Vocabulaire deel 1
- Regelmatig werkwoord -er
- Ma famille
- les devoirs

Slide 4 - Slide

RELATIONS
- 6 weken Relations
- proefwerk Relations in toetsweek 
- vocabulaire deel 1 /m 4 ( 10 woorden per week)
- comment dire (8 zinnen, 2 zinnen per week)


Slide 5 - Slide

RELATIONS

Slide 6 - Slide

RELATIONS
werkwoorden -er
avoir = hebben
mon/ ma / mes
ton/ ta / tes
ma famille
mes amis
vocabulaire
comment dire

Slide 7 - Slide

RELATIONS
Aujourd'hui:
- les objectifs
- Introduction de la thème: Relations
- Vocabulaire deel 1
- Regelmatig werkwoord -er
- Ma famille
- les devoirs

Slide 8 - Slide

VOCABULAIRE

Slide 9 - Slide

1

Slide 10 - Video

00:00
Welke familieleden zijn er voorbij gekomen in het filmpje?

Slide 11 - Open question

6

Slide 12 - Video

VOCABULAIRE

Slide 13 - Slide

VOCABULAIRE

Slide 14 - Slide

VOCABULAIRE

Slide 15 - Slide

RELATIONS
Aujourd'hui:
- les objectifs
- Introduction de la thème: Relations
- Vocabulaire deel 1
- Regelmatig werkwoord -er
- Ma famille
- mon arbre généalogique
- les devoirs

Slide 16 - Slide

WERKWOORD - ER

Slide 17 - Slide

RELATIONS
Aujourd'hui:
- les objectifs
- Introduction de la thème: Relations
- Vocabulaire deel 1
- Regelmatig werkwoord -er
- Ma famille
- les devoirs

Slide 18 - Slide

Ma famille
Tu as un frère?



Slide 19 - Slide

Ma famille
oui / non 

Slide 20 - Slide

Ma famille
Oui, J'ai un frère.
Il s'appelle ........

Slide 21 - Slide

Ma famille
Tu as un/ une ........... ?
--> Oui, j'ai un/ une ............ 
      Il/ elle s'appelle.... .
--> Non, je n'ai pas de ............ .   

Slide 22 - Slide

RELATIONS
Aujourd'hui:
- les objectifs
- Introduction de la thème: Relations
- Vocabulaire deel 1
- Regelmatig werkwoord -er
- Ma famille
- les devoirs

Slide 23 - Slide

RELATIONS
Aujourd'hui:
- les objectifs
- Introduction de la thème: Relations
- Vocabulaire deel 1
- Regelmatig werkwoord -er
- Ma famille
- les devoirs

Slide 24 - Slide

LES DEVOIRS
Woensdag 24 maart | thuiswerkles

- leren vocabulare Deel 1 + 2 (F-NL/ NL-F)
- leren 4 zinnen Comment dire 
- oefenen regelmatig werkwoord - er (Verbuga)

Slide 25 - Slide

Les objectifs
- Ik weet wat mij de komende weken te wachten staat.

- Ik weet (weer) hoe ik een regelmatig werkwoord moet vervoegen.

- Ik kan in korte zinnen iets vertellen over mijn familie. 

Slide 26 - Slide

00:04
Wat betekent aujourd'hui ook al weer?

Slide 27 - Open question

00:25
De hele familie is in de ...
A
badkamer
B
keuken
C
woonkamer
D
slaapkamer

Slide 28 - Quiz

01:18
Wie is Nicolas?
A
vader
B
broer
C
broertje
D
oom

Slide 29 - Quiz

01:26
Wie is er naar de bioscoop?

Slide 30 - Open question

01:36
Wie is Robert?
A
Zijn broer
B
Zijn oom
C
Zijn vader
D
Zijn opa

Slide 31 - Quiz

01:44
Waarom is zijn tante niet thuis?
A
Ze is naar de opera.
B
Ze zingt in een opera

Slide 32 - Quiz