Het Schrijflab - Les 4

Het Schrijflab -Les 4 Bulderen, fluisteren, krijsen of hijgen?
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Het Schrijflab -Les 4 Bulderen, fluisteren, krijsen of hijgen?

Slide 1 - Slide

Waar denk je aan als je aan
een dialoog denkt?

Slide 2 - Mind map

Gebruik van mobieltjes is niet toegestaan!

Slide 3 - Slide

10 manieren
  • Bedenk in een tweetal (online: in de breakout room) 10 verschillende manieren waarop mensen kunnen zeggen dat je GEEN MOBIEL mag gebruiken.
  • Schrijf er ook bij WIE het zo zegt!

Slide 4 - Slide

Vul in p.19
1. Vul de uitspraak in in kolom 1
2. Vul in wie het zegt in kolom 2 

timer
5:00
Voorbeeld
Kolom 1
De hele dag met dat scherm voor je ogen is echt niet gezond.

Kolom 2
Mijn moeder

Slide 5 - Slide

Delen
Bespreek eerst samen (4 in breakout room) een aantal van jullie uitspraken.
We delen ze straks klassikaal.
timer
3:00

Slide 6 - Slide

Vul een gekke, verrassende, opvallende, saaie, impliciete et cetera uitspraak in en schrijf erbij wie het zegt

Slide 7 - Open question

Tags
‘Let op!’ bulderde de coach
‘Let op!’, fluisterde mijn vriendin mysterieus in mijn oor
‘Let op’, gebood de leraar vriendelijk maar dringend

Slide 8 - Slide

Dialooglabels p.19
Schrijf nu samen (break out room: 2 personen) in kolom 3&4
Zet in de derde kolom achter elke of enkele van de tien uitspraken tags waarmee je aangeeft;
  • HOE
  • OP WELKE TOON
  • IS de tag NOODZAKELIJK? Kolom 4


Voorbeeld
Wil je die telefoon wegleggen?
Kolom 2
Toon: ingehouden woede, beetje fluisterend en dreigend
Kolom 3: ja 
timer
4:00

Slide 9 - Slide

Vul een uitspraak in waarbij volgens jullie een tag/dialooglabel NIET nodig is.
Wij gaan straks raden!
timer
4:00

Slide 10 - Open question

Opdracht: 
  1. Lees het verhaaltje op p. 20 in je mapje. 
  2. Schrijf de dialoog tussen de man en de alien (ongeveer 300 woorden)
  3. Alles mag, maar het moet een dialoog worden.
  4. Denk goed na over de tags en of ze nodig zijn.
  5. Lever in op de ELO voor .......
  6. We delen de dialogen de volgende les. 

Slide 11 - Slide