Log alvast in op LessonUp (de code staat linksonder in beeld).
§1 Setting en sfeer
Voordat we beginnen:
WELKOM 2T
timer
2:00
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2
This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Open je boek alvast op blz. 58-59.
Log alvast in op LessonUp (de code staat linksonder in beeld).
§1 Setting en sfeer
Voordat we beginnen:
WELKOM 2T
timer
2:00
Slide 1 - Slide
1.Starten met Cursus 3: Fictie.
2. Klassikaal door paragraaf 1 heen.
3. Oefenvragen in LessonUp.
4.Verder lezen in je boek.
5.Terugblikken en afronden.
Wat gaan wevandaag doen?
Slide 2 - Slide
Je weet wat de begrippen 'setting' en 'sfeer' betekenen.
Je kunt de setting en sfeer van een verhaal (jouw boek) beschrijven.
Lesdoelen
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Setting en sfeer
Verhalen spelen zich af in een bepaalde setting. De setting bestaat uit de plaats, tijd en omstandigheden die de achtergrond vormen waartegen het verhaal zich afspeelt.
Plaats, bijvoorbeeld in een bepaald land, in een stad of in een dorp, in een restaurant, op school.
Tijd, bijvoorbeeld heden (tegenwoordig), verleden, toekomst, een specifiek jaar of seizoen.
Omstandigheden: bijvoorbeeld oorlog, zombie-uitbraak, sneeuwstorm, vakantie.
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Video
Wat kun je zeggen over de plaats van het verhaal? Gebruik steekwoorden.
Slide 8 - Mind map
Noteer in steekwoorden in welke tijd dit verhaal zich afspeelt. Noem voorbeelden.
Slide 9 - Open question
Wat kun je zeggen over de omstandigheden van het verhaal? Gebruik steekwoorden.
Slide 10 - Mind map
Slide 11 - Slide
Aan het werk
Optie A
Huiswerkopdracht
Optie B
Huiswerkopdracht
Optie C
Lezen in je boek
(Af)maken:
Cursus 3 Fictie, §1 Setting en sfeer.
Opdracht 2 en 3 op blz. 62-63.
Maken:
Cursus 3 Fictie §2 Perspectief.
Opdracht 1 op blz, 64-65.
Lees verder in je boek!
timer
15:00
Hieronder staan drie opties. Kies zelf met welke je wil beginnen. We werken zelfstandig en in stilte.
Slide 12 - Slide
Je weet wat de begrippen 'setting' en 'sfeer' betekenen.
Je kunt de setting en sfeer van een verhaal (jouw boek) beschrijven.
Lesdoelen
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Welke drie zaken bepalen de setting en sfeer in een verhaal?
Slide 15 - Open question
Vertel kort iets over de setting en sfeer in jouw boek. Gebruik steekwoorden.