Voedsel en klimaat

Welkom!
LessonUp code:
1 / 20
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom!
LessonUp code:

Slide 1 - Slide

Wat gaan we deze les doen?
Inloggen op LessonUp 
Voorkennis (5 minuten)
Uitleg (10 minuten)
Opdracht (20 minuten)
Afsluiting

Slide 2 - Slide

LessonUp downloaden
  1. Ga naar de store en download LessonUp.
  2. Open de app en vul de lescode in.
  3. Vul je normale naam in, je mag er 1 emoji bij doen :)
  4. Wacht tot iedereen er in zit!


Slide 3 - Slide

Lesdoelen
  1. Je kan uitleggen wat het verschil is tussen weer en klimaat. 
  2. Je kan in een wereldkaart de verschillende klimaten benoemen. 
  3. Je kan verschillende klimaten met soorten voedsel benoemen.

Slide 4 - Slide

Welke klimaten zijn er?

Slide 5 - Mind map

Weer en klimaat
  • Bepaald moment, op een bepaalde plaats.
  • Gemiddelde van het weer over een langere periode, 30 jaar. 

Slide 6 - Slide

Tropisch klimaat
  • Vooral rond de evenaar.
  • In de koudste maand is het gemiddeld minimaal 18°C.
  • Temperaturen rond de 27°C.
  • Chocola, thee, rijst, maïs, ananas, bananen en koffie.

Slide 7 - Slide

Woestijnklimaat
  • Weinig tot geen neerslag 
  • Veel verdamping 
  • + 30 °C.
  • Heel koud
  • Weinig begroeiing 
  • Dieren, tarwe

Slide 8 - Slide

Middellandse zee klimaat
  • Zomers warm 
  • Winters warm 
  • Winter veel neerslag 
  • Planten zijn aangepast aan droogte en warmte
  • Sinasappels, olijf, tarwe. 

Slide 9 - Slide

Zeeklimaat
  • Nederland
  • Zachte winters
  • Koele zomers
  • Het hele jaar valt er neerslag
  • Tarwe, maïs, aardappelen

Slide 10 - Slide

Landklimaat
  • Ver van zee
  • Koude winters
  • Warme zomers
  • Aardappelen, tarwe, maïs. 

Slide 11 - Slide

Poolklimaat
  • Koudste klimaat
  • Nooit warmer dan 10 °C.
  • Bij de polen en de bergen
  • Dieren, vis. 

Slide 12 - Slide

In het tropisch klimaat wordt het nooit warmer dan 18°C.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quiz

In het landklimaat verbouwen ze veel sinaasappels en olijven.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quiz

Aardappelen worden verbouwd in het ...
A
Land en zee klimaat
B
Land en pool klimaat
C
Zee en Middellandse zee klimaat
D
Middellandse zee en landklimaat

Slide 15 - Quiz

Middellands Zeeklimaat
Zeeklimaat
Landklimaat
Poolklimaat
Woestijnklimaat
Tropisch klimaat

Slide 16 - Drag question

Atlas opdracht
Wat: Je gaat in tweetallen een atlas opdracht maken over voedsel in de wereld.
Hoe: Dit doe je door te kijken naar kaart 199 in de atlas en de vragen te beantwoorden. Deze opdracht doe je alleen.
Hulp: Je moet de atlas gebruiken en je mag de docent vragen stellen.
Tijd: Je hebt hiervoor 15 minuten de tijd.
Uitkomst: Je kan verschillende klimaten met voedselproducten koppelen.
Klaar: Ben je eerder klaar? Beantwoord deze vraag: Waarom importeert Afrika zo veel tarwe?

Slide 17 - Slide

De vragen:
  1. Noord Amerika, de Verenigde Staten. 
  2. Voormalig Sovjet Unie en Australië. 

Bladzijde 199 in de atlas:
1. Welk werelddeel produceert het meeste mais? 
2. En welke twee werelddelen het minste mais?
3. In het Midden-Oosten ligt een groot gebied waar tarwe wordt verbouwd. In welk klimaat wordt het verbouwd? 
4. Waarom wordt er in het zuidoosten van Australië Tarwe verbouwd en in de rest van Australië niet meer? Verklaar dit met een klimaatzone. 
5. In Afrika kan er niet veel worden verbouwd, daarom importeren ze voedsel. Welk voedsel importeren ze? 
6. China is een van de grootste producenten van tarwe, rijst, aardappelen en vlees van de wereld. Hoe komt het dan China de grootste producent is?  
timer
20:00

Slide 18 - Slide

Lesdoelen
  1. Je kan uitleggen wat het verschil is tussen weer en klimaat. 
  2. Je kan in een wereldkaart de verschillende klimaten benoemen. 
  3. Je kan verschillende klimaten met soorten voedsel benoemen.

Slide 19 - Slide

Bedankt en tot de volgende les!

Slide 20 - Slide