2.2 Trade, not aid

1 / 18
next
Slide 1: Slide
VerzorgingMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1,2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesplanning
  • Herhaling paragraaf 3.1
  • Uitleg 3.2
  • zelf aan de slag
  • check lesdoelen 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Aan het einde van de les kan je
  • hoeveel energie je als mens nodig hebt
  • wat ontwikkelingslanden zijn
  • hoe we ontwikkelingslanden kunnen helpen
  • Wat is fair trade
  • Wat betekent trade, not aid

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn ontwikkelingslanden?
A
Landen die al volop ontwikkeld zijn.
B
Rijke landen die financiële steun geven aan arme landen.
C
Arme landen die voor hun ontwikkeling steun krijgen uit rijke landen.
D
Landen die al volop ontwikkeld zijn.

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

7. Welke uitspraken zijn juist?
Juist
Onjuist
A. Wereldwijd zijn Nederlandse jongeren het gelukkigst, omdat zij rijk zijn.
B. In Nederland verdienen mannen voor hetzelfde werk meestal meer dan vrouwen. 
C. In ontwikkelingslanden is de kindersterfte hoger dan in rijke landen.   

D. In Nederland mag je in geval van zelfverdediging een wapen gebruiken.
E. Nederlandse kinderen hebben veel vrijheid.
F. Koning Willem-Alexander heeft veel macht.

Slide 5 - Drag question

Antwoorden:
1. fout
2. fout
3. fout
4. goed
5. goed

Wat is de juiste betekenis van monocultuur
A
Een ontwikkelingsland exporteert 1 product
B
Een ontwikkelingsland exporteert meerdere producten
C
Een ontwikkelingsland exporteert niets
D
Een ontwikkelingsland verbouwt niets.

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Ontwikkelingslanden
  • veel armoede
  • een slechte gezondheidszorg  
  • weinig onderwijs 

  • Andere kenmerken ontwikkelingslanden: ondervoeding, kindersterfte, analfabetisme, kinderarbeid.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Ondervoeding in de wereld

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Trade, not aid
Heb je wel eens gehoord van 'eerlijke handel' of 'fair trade'?

In westerse landen wordt deze term gebruikt voor internationale handel die gericht is op duurzame ontwikkeling in ontwikkelingslanden.
Denk bijvoorbeeld aan de export van producten vanuit deze landen naar westerse landen. De boeren die grondstoffen verbouwen krijgen een eerlijke prijs voor hun product.
Zo kunnen ze een beter bestaan opbouwen met een betere toekomst.



Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Video

This item has no instructions

Hoe kun jij hieraan bijdragen?
Ook jij kunt ontwikkelingslanden helpen door te kiezen voor     Fair trade producten.
Je weet dan zeker dat de producent een eerlijke prijs voor zijn producten heeft gekregen, waardoor hij zijn bedrijf verder kan opbouwen.


Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Fair trade producten
Eerlijk snoepen/ eten/ drinken

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Video

This item has no instructions

Wat is Fairtrade?
A
Eerlijke handel: de boer krijgt een eerlijke prijs voor het product.
B
Eerlijk spel: iedereen houdt zich aan de spelregels.
C
Producten die kleinschalig worden verbouwd, kleine akkers en kleine stallen.
D
Producten die zijn verbouwd zonder het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen of kunstmest.

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Slide 16 - Video

This item has no instructions

Het Max Havelaar keurmerk is niet alleen verbonden aan de levering van eerlijke __________.
Het staat ook voor een wereldwijde__ _________, die __________ en arbeiders in ontwikkelingslanden helpt een betere plek te verwerven in de handelsketen.
Zo kunnen ze leven van hun __________ en hun producten en investeren in een __________ toekomst.
plaats hier
plaats hier
plaats hier
plaats hier
plaats hier
werk
organisatie
boeren
duurzame
producten

Slide 17 - Drag question

This item has no instructions

Aan de slag
Ga naar Magister.learn en maak de opdrachten bij paragraaf 2.2

Slide 18 - Slide

This item has no instructions