13.2 Stoffen & Materialen

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

13.2

TL 4  

2024

Natuurkunde

Onderdeel:

K/3 Leervaardigheden en K/4 Stoffen en materialen

Welkom! 

Planning:

Opstarten	05 min
Planning tot aan Examen	05 min
Bladeren door H13: Wat wil je nog leren?	10 min
Interactieve uitleg 13.2 Stoffen en Materialen	15 min
Examenopdrachten maken	15 min
Lesafsluiting	05 min

Planning tot aan Examen:

• Vrij 22 mrt:         Examenvoorbereiding Paragraaf 13.2 (Stoffen en Materialen)
• Maa 25 mrt:       Examenvoorbereiding Paragraaf 13.7 (Elektrische Energie)
• Woe 27 mrt:       Vervalt mogelijk
• Vrij 29 mrt:          Vervalt i.v.m. Goede Vrijdag
• Ma 1 apr:              Vervalt i.v.m. Pasen
• Woe 3 apr:          Vervalt mogelijk (indien doorgaan: Paragraaf 13.5Kracht & Beweging)
• Vrij 5 apr:            Vervalt mogelijk (indien doorgaan: Paragraaf 13.3 Geluid en 13.4 Verbranden en Verwarmen)
• Week 15:              SE 5 (Heel examen)
• Week 16:              Examentraining
• Week 17:              Geen lessen
• Week 18:              Meivakantie
• Week 19:              Meivakantie
• Week 20:              Eindexamens!

Welke onderwerpen uit H13 vindt je moeilijk en wil je nog graag bespreken?

Welke onderwerpen uit H13 vindt je moeilijk en wil je nog graag bespreken?

Welke onderwerpen uit H13 vindt je makkelijk en hoef je niet te bespreken?

Of een voorwerp zinkt, zweeft of drijft hangt af van ...

1. het volume
2. de dichtheid
3. de massa

K/4 Stoffen en materialen

00:53

Water heeft een dichtheid van 1,0 g/cm3. IJzer heeft een dichtheid van 7,8 g/cm3. Hierdoor zou ....

1. IJzer drijven
2. IJzer zweven
3. Ijzer zinken

Dichtheid

Kurk:

0,25

​cm​3​​​​g​​

Hout:

0,58 

​cm​3​​​​g​​

IJzer:

7,80 

​cm​3​​​​g​​

De dichteid van water is 1,0       .

Wanneer zinkt/zeeft/drijft een stof?

​cm​3​​​​g​​

Kurk drijft. De dichtheid is kleiner dan die van water.

Hout drijft. De dichtheid is kleiner dan die van water.

IJzer zinkt. De dichtheid is groter dan die van water.

Uitleg slide

Wat is de dichtheid van goud in g/cm3?

1. 2,70
2. 2,17
3. 11,35
4. 19,30

Wat is de dichtheid van benzine in g/cm3?

1. 0,71
2. 0,72
3. 1,02
4. 0,92

Wat is de dichtheid van koper in g/cm3?

1. 10,50
2. 1,74
3. 8,96
4. 8,50

Wat is de formule voor de dichtheid?

Een beker is gevuld met 200 g vloeistof. Het volume is 194 cm3.
Wat is de dichtheid?

Een zilveren ring heeft een massa van 3,5 g. Bereken het volume van de ring.

Wanneer zinkt een stof in vloeistof?

Wanneer blijft een stof drijven in een vloeistof?

Stof-

eigenschap

geen

stof-

eigenschap

fase

kleur

geur

volume

temperatuur

oplosbaarheid

kook- en smeltpunt

geleiding

dichtheid

oppervlakte

K/4 Stoffen en materialen

Wat wordt bedoeld met de fase van een stof en wat is fase-overgang?

K/4 Stoffen en materialen

Fase en faseovergangen

Vast - vloeibaar - gas

Condenseren - verdampen

Smelten - stollen

Sublimeren/vervluchtigen - rijpen

Kook- en smeltpunt

fase-overgangen

* Sublimeren is hetzelfde als vervluchtigen.

Denk aan een geurblokje.

*Ook bevriezen genoemd

smelten

condenseren

rijpen

vervluchtigen

stollen

verdampen

je maakt waterijsjes in de vriezer

de was hangt buiten in de zon te drogen

wc-blokje geeft een geur af

sneeuw 'verdwijnt' in de zon

een bril beslaat als je een warme kamer binnenkomt

er ontstaan ijsbloemen op het raam

Tekst

Pictogrammen

corrosief bijtend

giftig

explosief

milieu gevaarlijk

irriterend

brandbaar

Wat betekent DUURZAAM?

Duurzame energie?

4 vragen:

• Kan het uitgeput raken? (bv. fossiele brandstoffen kunnen 'op' raken, maar windenenergie niet)
• Wat kost het? (bv. het opwekken van elektrische energie uit windenergie is nu nog duurder dan elektriciteit uit een foss. brandstoffen)
• Is het schadelijk voor het milieu? (bv. bij het verbranden van foss. brandstoffen komen schadelijke stoffen vrij, bij het opwekken van zonne-energie niet)
• Is het altijd of niet altijd beschikbaar? (bv. in een waterkrachtcentrale kan altijd energie opgewekt worden, bij een windmolen of zonnepaneel niet altijd)

Hoort het bij na of sk?

scheikunde

natuurkunde

voedselbereiding

roesten

verbranding

uitharden van beton

lijmen

carbid schieten

faseover-gangen

versnelling

zwaartekracht

Geef voorbeelden van stroming, straling en geleiding

Huiswerk:

Maak: 13.2 opdracht 21, 22, 23, 26, 28, 29

bron: examenblad 2019-II

Maak deze examenopgaven

bron: examenblad 2019-II

Maak deze examenopgaven