Les 6- 3 okt

1 / 18
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 55 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Le programme d'aujourd'hui
  • Grammaire

  • Temps pour travailler/ signer
       (Bezem-uur: woensdag 4 okt 14.30) 

  • Lollyquiz

* It's Learning geblokkeerd: Meneer Bax



Slide 2 - Slide

Grammaire (verbe en -er)

PARLER
Je parl...
Tu parl...
il (elle,on) parl...
Nous parl...
Vous parl...
ils (elles) parl...

J'ai parl................. (passé composé)

Grammaire (verbe en -re)

RENDRE
Je rendS
Tu rendS
il(elle,on) rend
Nous rendONS
Vous rendEZ
ils  (elles) rendENT

J'ai rendU (passé composé)

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Le programme d'aujourd'hui
  • Grammaire

  • Temps pour travailler/ signer
       (Bezem-uur: woensdag 4 okt 14.30) 

  • Lollyquiz

* It's Learning geblokkeerd: Meneer Bax



Slide 5 - Slide

Temps pour faire les devoirs
  • Regarde le planning

  • Fais les devoirs

  • Corrige les devoirs

  • Laisse signer les devoirs 
timer
20:00

Slide 6 - Slide

Le programme d'aujourd'hui
  • Grammaire

  • Temps pour travailler/ signer
       (Bezem-uur: woensdag 4 okt 14.30) 

  • Lollyquiz

* It's Learning geblokkeerd: Meneer Bax



Slide 7 - Slide

aan het werk/ op het werk
A
au travail
B
à l'école
C
au bureau
D
à l'hôpital

Slide 8 - Quiz

parfois (E)
A
vaak
B
nooit
C
bij
D
soms

Slide 9 - Quiz

grappig (E)
A
marrant
B
gentil
C
drôle
D
amusant

Slide 10 - Quiz

chez Madame Houkes (E)
A
achter mevr. Houkes
B
voor mevr. Houkes
C
bij mevr. Houkes (thuis)
D
naast mevr. Houkes

Slide 11 - Quiz

le sujet (B)
A
de jongere
B
het account
C
het onderwerp
D
de reactie

Slide 12 - Quiz

een keer per week(E)
A
une fois par semaine
B
une fois par mois
C
de temps en temps
D
au moins

Slide 13 - Quiz

mélanger (A)
A
mengen
B
laten
C
geven
D
werken

Slide 14 - Quiz

la vie (B)
A
de jongere
B
het leven
C
het account
D
het onderwerp

Slide 15 - Quiz

tomber amoureux (B)
A
hard vallen
B
verliefd worden
C
het uit maken
D
volgen

Slide 16 - Quiz

sterk (E)
A
souvent
B
entier
C
fort(e)
D
sûr(e)

Slide 17 - Quiz

muziek luisteren (E) (laatste vraag)
A
écouter a musique
B
écouter la muzique
C
écouter de la muzique
D
écouter de la musique

Slide 18 - Quiz