Dag van de Duitse taal

Tag der deutschen Sprache
1 / 16
next
Slide 1: Slide
DuitsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 2Leerroute 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Tag der deutschen Sprache

Slide 1 - Slide

Lernziel
Aan het einde van de les kun je:



een korte presentatie geven in tweetallen over een Bundesland in het Duits met behulp van een werkblad en daarbij elkaar vragen stellen en antwoord geven.

Slide 2 - Slide

Was machen wir heute?
Video
Bundesland Arbeitsform
Musik Quiz

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Warum ist die deutsche Sprache so wichtig?

Slide 5 - Mind map

Slide 6 - Slide

Presentation!
  • Ich spreche über ein Bundesland in Deutschland
  • Mein Bundesland ist......
  • Es gibt hier......
  • Die Hauptstadt ist.....
  • Hier hat man ...... Einwohner
  • Sie essen hier......

Slide 7 - Slide

Musik Quiz

Slide 8 - Slide

1. Wie is de Zanger van het origineel?
A
Justin Bieber
B
Ed Sheeran
C
Naill Horan
D
Harry Styles

Slide 9 - Quiz

2. Welke taal/dialect horen we hier?
A
Kölsch
B
Niederdeutsch
C
Kiezdeutsch
D
Österreichisch

Slide 10 - Quiz

3. "Everybody but your dog......"
Hoe zingen ze dit in het Duits?
A
Jeden außer dein Hund
B
Alle und dein Hund
C
Jeden und dein Hund
D
Du hast einen Hund

Slide 11 - Quiz

4. Vervoeg het werkwoord fliegen, in alle vormen.

Slide 12 - Open question

5. Wat is de titel van het origineel?
A
A-Ha
B
Lets go
C
Take on me
D
Everybody dance

Slide 13 - Quiz

6. "Du bist wie mein Lieblingssong dauernd in meinem Kopf"
Waarom schrijf je meinem?
A
Door het voorzetsel "in"
B
Door het woord Kopf
C
Door het bezittelijk voornaamwoord
D
Door du

Slide 14 - Quiz

7. Wat zingen ze in het refrein in het Duits?
A
Jung forever
B
Für immer jung
C
Jung für immer
D
Young forever

Slide 15 - Quiz

Lernziel
Aan het einde van de les kun je:



een korte presentatie geven in tweetallen over een Bundesland in het Duits met behulp van een werkblad en daarbij elkaar vragen stellen en antwoord geven.

Slide 16 - Slide