H3.4B schrijven en formuleren verslag

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

WELKOM

- Nodig: boek, etui, agenda

- Zit klaar voor de les.

lesopbouw

• Doel
• Wat weet je al?
• Uitleg
• Even samen oefenen
• Zelfstandig werken
• Afsluiting + huiswerk noteren

Doel

Aan het einde van de lessen kan ik een informatief verslag met de juiste feiten zonder spelfouten schrijven. 

Wat hebben we de vorige lessen gedaan?

Noem de kenmerken van een verslag

opdracht 2C

Voorlezen verslagje

Wat is al goed? 

Wat zijn de 5W1H-vragen?

5W1H

- wie

- wat

- waar

- wanneer

- waarom en hoe

In je verslag geef je antwoord op bovenstaande vragen. Vaak staat heel veel al kort beschreven in de inleiding. 

Een goede inleiding

Een goed verslag bestaat uit: 

-inleiding

-kern

-slot

Inleiding

In een inleiding schrijf je altijd twee dingen:

1. je schrijft op waar de tekst over gaat.

2. je gebruikt een binnenkomer. Dat is een opvallend begin dat de lezer nieuwsgierig maakt naar de rest van de tekst.

- Stel een vraag die je in de tekst gaat beantwoorden

- Vertel een kort persoonlijk verhaaltje dat met het onderwerp te maken heeft

vb: Een vraag

Museumbezoek Rijksmuseum

"Heb je ooit oog in oog gestaan met een wereldberoemd schilderij? Afgelopen vrijdag bezocht ik met mijn klas het Rijksmuseum in Amsterdam. We kregen een rondleiding langs meesterwerken uit de Gouden Eeuw, zoals de Nachtwacht van Rembrandt en het Melkmeisje van Vermeer. In dit verslag vertel ik hoe dit museumbezoek verliep."

vb: persoonlijk verhaaltje

Schoolkamp brugklas

"Zwetende handen, een bonkend hart en knikkende knieën. Daar stond ik, klaar om een metershoge klimwand te beklimmen. Ons schoolkamp in de Ardennen zat vol spannende uitdagingen en onvergetelijke momenten. In dit verslag lees je hoe ik het avontuur heb beleefd."

aan de slag/ zelfstandig 

Je schrijft een inleiding bij een foto.

Je kiest uit één van de drie foto's.

Je schrijft de inleiding voor het verslag.

Kies uit een vraag of een persoonlijk verhaaltje. 

Voorlezen inleiding

Je ruilt jouw inleiding met die van iemand anders.

Je bekijkt de inleiding kritisch. blz. 219 punt 1 en 2

Spelfouten of feiten die niet kloppen onderstreep je.

Klaar? Je geeft je inleiding weer terug en verbetert het!