CNC par. 4.1+4.2

Herhaling H4.1 & H4.2 
1 / 35
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Herhaling H4.1 & H4.2 

Slide 1 - Slide

§1 Kracht en soorten beweging
  • Afstand, tijd en gemiddelde snelheid
  • s,t- en v,t-diagrammen
  • Soorten bewegingen

Slide 2 - Slide

Afstand, tijd en gemiddelde snelheid

Slide 3 - Slide

s,t- en v,t-diagrammen en soorten bewegingen

Slide 4 - Slide


Slide 5 - Poll

Oefenvoorbeeld: precisiestop
  • Pak alvast pen en papier
  • Schrijf bij elke vraag je antwoord op


Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

v,t-diagram van de preciesiestop

Slide 8 - Slide

Wat is de afgelegde afstand in de eerste versnelling?
A
20 m
B
10 m
C
40 m
D
80 m

Slide 9 - Quiz

Wat is de afgelegde afstand tijdens het schakelen?
A
20 m
B
10 m
C
40 m
D
80 m

Slide 10 - Quiz

Wat is de afgelegde afstand in de tweede versnelling?
A
25 m
B
40 m
C
100 m
D
150 m

Slide 11 - Quiz

Wat is de afgelegde afstand tijdens het remmen?
A
15 m
B
20 m
C
60 m
D
80 m

Slide 12 - Quiz

Hoeveel afstand heeft de motorrijder in totaal afgelegd tijdens de gehele precisiestop?
timer
1:00

Slide 13 - Open question

Wat was de totaal gemiddelde snelheid tijdens de preciesiestop?
A
15,7sm
B
18,3sm
C
20sm
D
21,8sm

Slide 14 - Quiz

Wat was de gemiddelde snelheid in kilometer per uur? (Geef alleen een getal als antwoord)
timer
1:00

Slide 15 - Open question

§2 Arbeid
  • Kracht, afstand en arbeid
  • Variabele krachten
  • Resulterende kracht (uit §1)

Slide 16 - Slide

Arbeid
  • Als met een kracht een voorwerp wordt verplaatst in de richting van die kracht, werkt er arbeid op dat voorwerp.

  • Geen kracht? Geen arbeid.
  • Geen verplaatsing? Geen arbeid.
  • Kracht loodrecht/haaks op verplaatsing? Geen arbeid.

Slide 17 - Slide

Arbeid berekenen

Slide 18 - Slide

Variabele kracht
  • Hoe verder een elastiek wordt uitgerekt (s), hoe meer kracht (F) het elastiek uitoefent. 
  • De hoeveelheid kracht wordt direct beinvloed door iets anders (in dit geval de uitrekking) = Variable kracht

Slide 19 - Slide

Resulterende kracht
  • Bij een positieve resulterende kracht zal de snelheid toenemen.
  • Bij een negatieve resulterende kracht zal de snelheid afnemen.
  • Is de resulterende kracht 0? Dan verandert de snelheid niet.

Slide 20 - Slide

Oefenvoorbeeld: bungeejumper

Slide 21 - Slide

3

Slide 22 - Video

01:27
Wat is nu de resulterende kracht op de bungeejumper en welke kant is deze op gericht?

Slide 23 - Open question

01:30
Wat is er nu de resulterende kracht op de man aan de hand?
A
Die wijst naar boven
B
Die wijst naar beneden
C
Die is 0
D
Dat valt niet te zeggen

Slide 24 - Quiz

01:33
Wat is er nu de resulterende kracht op de man aan de hand?
A
Die wijst naar boven
B
Die wijst naar beneden
C
Die is nul
D
Dat valt niet te zeggen

Slide 25 - Quiz

F,s-diagram van de sprong

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Op het laagste punt bevindt de bungeejumper (60kg) zich 50 m van het springplantform vandaan. Hoeveel arbeid heeft de zwaartekracht verricht? (Neem aan dat g=10N/kg ipv 9,81N/kg)
A
600 J
B
1500 J
C
3000 J
D
30000 J

Slide 28 - Quiz

Hoeveel arbeid zal het elastiek op de man verrichten?
(Geef je antwoord zonder berekening)

Slide 29 - Open question

Het elastiek rekt tijdens de val 30 m uit. Wat is de kracht van het elastiek in het laagste punt? (W= -3000 J)
A
-1000N
B
1000N
C
-2000N
D
2000N

Slide 30 - Quiz

Uitleg
  • W=opp. onder F,s-diagram
  • opp. driehoek=½*h*b

  1. W=½*F*s  
  2. F=2*W/s
  3. F=2 * -30000 J / 30 m
  4. F=-2000N

Slide 31 - Slide

2

Slide 32 - Video

01:30
Hoe groot is de in totaal verrichte arbeid in het laagste punt?

Slide 33 - Open question

01:32
Hoe groot is de bewegingsenergie op het moment dat het elastiek nét niet meer onder spanning staat?
(De elastiek is dan weer 30 m teruggerekt en heeft de arbeid van 30000J weer omgezet in bewegingsenergie, Fz=600N)

Slide 34 - Open question

Uitleg
Positieve arbeid: 30000J
Negatieve arbeid: W=F*s=-600 N * 30 m =18000 J

Bewegingsenergie: 30000 J - 18000 J = 12000 J
(controle: W=F*s=600 N * 20 m = 12000 J

Slide 35 - Slide