4 De verspreiding van het christendom

1 / 17
next
Slide 1: Video
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Video

3.4. De verspreiding van het christendom
Lesdoel: Hoe werd het Christendom in de Middeleeuwen verspreid?

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

De verspreiding van het Christendom.

Slide 4 - Slide

Bonifatius en de Friezen

Slide 5 - Slide

0

Slide 6 - Video

Germanen
Rond 500 geloofden veel mensen in Nederland in Germaanse goden, zoals Donar en Freya.
Ook aanbaden ze bomen, stenen en de natuur.
Christenen vonden dat verkeerd. Ze noemden deze mensen heidenen

Slide 7 - Slide

Monniken
In de 7de en 8ste eeuw kwamen Engelse en Ierse monniken naar Nederland om de heidenen te bekeren tot het christendom.

Willibrord en Bonifatius zijn voorbeelden van deze monniken

Slide 8 - Slide

Verspreiding
Vanuit de kloosters verspreidden monniken het christendom.
Ze reisden rond, vertelden over de bijbel en vernielden Germaanse heiligdommen.
Ze kregen vaak bescherming van de Frankische koningen.

Slide 9 - Slide

Geloven in de Middeleeuwen
  • Kerk was voor de middeleeuwers heel belangrijk. elk dorp had een kerk, aan het hoofd van de kerk staat een priester
  • Ook worden veel heiligen vereerd Heiligen vereren zou helpen bij het hebben van een goede reis bijvoorbeeld

Slide 10 - Slide

Standensamenleving
In de middeleeuwen ontstond een standensamenleving.
Er waren drie standen:

  1. De geestelijkheid (priesters, monniken, paus, enz.)
  2. De adel (koningen, hertogen, ridders, enz.)
  3. De boeren (vrije boeren en horigen)

Slide 11 - Slide

Eigen taken
Iedere stand had zijn eigen taak:
  • De geestelijkheid zorgde voor het contact met god.
  • De adel zorgde voor bescherming.
  • De boeren zorgden voor het voedsel.

Slide 12 - Slide

De 10 geboden
Regels voor de christenen in 10 punten

Slide 13 - Slide

1. Gij zult geen afgoden vereren, maar Mij alleen aanbidden en  
      boven alles beminnen.
2. Gij zult de Naam van de Heer, uw God, niet zonder eerbied 
     gebruiken.
3. Wees gedachtig, dat gij de dag des Heren heiligt.
 4. Eer uw vader en uw moeder.
5. Gij zult niet doden.

Slide 14 - Slide


6. Gij zult geen onkuisheid doen.
7. Gij zult niet stelen.
8.Gij zult tegen uw naaste niet vals getuigen.
9. Gij zult geen onkuisheid begeren.
10. Gij zult niet onrechtvaardig begeren, wat uw naaste toebehoort.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Welk woord weg?
  1. midwinterfeest- heidenen- Kerstmis - graaf - bekeren
  2.  Priester  - Monniken - Heiligenverering- Bonifatius - Friezen
  3. Vul deze piramide in......

Slide 17 - Slide