Herhalingsles : Ik zie, ik zie

Ik zie, ik zie
1 / 88
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeSecundair onderwijs

This lesson contains 88 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Ik zie, ik zie

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Som zoveel mogelijk kernwoorden op die te maken hebben met het thema ik zie, ik zie...

Slide 2 - Open question

This item has no instructions

Wat zijn landschapselementen?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Succescriteria
9.2 Ik kan voorbeelden geven van  landschapselementen (vaste elementen) en losse elementen in het landschap.
9.2. Ik herken en benoem natuurlijke en menselijke landschapselementen.
9.2. Ik kan bepalen of een landschap een natuurlandschap of een menselijk (cultuur)landschap is.
9.2. Ik determineer een landschap met behulp van een determineertabel.


Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Welke landschapselementen zie je op de foto?

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

landschapselement
geen landschapselement

Slide 6 - Drag question

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen een natuurlandschap en een menselijk of  cultuurlandschap?

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Determineer het landschap op de foto.
A
natuurlandschap
B
cultuurlandschap

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Determineer het landschap op de foto.
A
natuurlandschap
B
cultuurlandschap

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Determineer het landschap op de foto.
A
natuurlandschap
B
cultuurlandschap

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Determineer het landschap op de foto.
A
natuurlandschap
B
cultuurlandschap

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Determineer het landschap op de foto.
A
natuurlandschap
B
cultuurlandschap

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Reliëf

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je over het reliëf?

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Succescriteria
9.2. Ik herken en benoem de verschillende reliëfelementen : horizonlijn, hoogteverschil en helling
9.2. Ik herken en benoem de verschillende reliëfvormen aan de hand van de reliëfelementen. (vlakte, plateau, heuvel/heuvelland, berg/gebergte)

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

De eerste H: horizonlijn

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

De horizon is de denkbeeldige lijn waar de aarde de lucht lijkt te raken.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

De Horizon
recht
Golvend
kantig

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Tweede H: helling

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

HELLING

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Een helling is de overgang tussen een hoger en een lager gelegen deel in een landschap.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Derde H : hoogteverschil

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Het hoogteverschil
Het hoogteverschil is het verschil in hoogte tussen het laagste en het hoogste punt van het landschap.
Klein hoogteverschil
Matig hoogteverschil
Groot hoogteverschil

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Groot

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Hoe noemen we de overgang tussen een hoger en een lager gelegen deel in een landschap?
A
de helling
B
het reliëf
C
de horizonlijn
D
het hoogteverschil

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Hoe noemen we de denkbeeldige lijn waar de aarde de lucht lijkt te raken?
A
de helling
B
het reliëf
C
de horizonlijn
D
het hoogteverschil

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Hoe noemen we het verschil in hoogte tussen het laagste en het hoogste punt van het landschap.?
A
de helling
B
het reliëf
C
de horizonlijn
D
het hoogteverschil

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Reliëfvormen

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Reliëfvormen
Er bestaan 4 reliëfvormen:

- Vlakte
- Plateau
- Heuvels
- Gebergte
Gebergte
- Groot hoogteverschil
- Steile helling
- Getande horizon
Heuvels
- Matig Hoogteverschil
- Matige Helling
- Gebogen horizon
Vlakte
- Geen Hoogteverschil
- Vlakke Helling
- Vlakke Horizon (een lijn)
Plateau
- Groot Hoogteverschil
- Vlakke Helling
- Vlakke Horizon

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

De reliëfvorm is...
A
vlakte
B
heuvel
C
plateau
D
gebergte

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

Vlakte
horizonlijn : recht
helling : geen of zacht
hoogteverschil : geen of heel klein

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

De reliëfvorm is...
A
vlakte
B
heuvel
C
plateau
D
gebergte

Slide 37 - Quiz

This item has no instructions

plateau
horizonlijn : recht
helling : matig of steil
hoogteverschil : matig of groot

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

De reliëfvorm is...
A
vlakte
B
heuvel
C
plateau
D
gebergte

Slide 40 - Quiz

This item has no instructions

heuvel
horizonlijn : golvend
helling : matig 
hoogteverschil : matig 

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

De reliëfvorm is...
A
vlakte
B
heuvel
C
plateau
D
gebergte

Slide 43 - Quiz

This item has no instructions

gebergte
horizonlijn : kantig
helling : steil
hoogteverschil : groot

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

De horizonlijn is
A
Kantig
B
Golvend
C
Recht

Slide 46 - Quiz

This item has no instructions

Het hoogteverschil is .....
A
Klein
B
Matig
C
Groot

Slide 47 - Quiz

This item has no instructions

Het reliëf is een .....
A
Vlakte
B
Heuvellandschap
C
Plateau
D
Gebergte

Slide 48 - Quiz

This item has no instructions

De horizonlijn is
A
Kantig
B
Golvend
C
Recht
D
X

Slide 49 - Quiz

This item has no instructions

De helling is..
A
Steil
B
Matig
C
Zwak
D
X

Slide 50 - Quiz

This item has no instructions

Het hoogteverschil is .....
A
Klein
B
Matig
C
Groot
D
X

Slide 51 - Quiz

This item has no instructions

Het reliëf is een....
A
vlakte
B
heuvellandschap
C
plateau
D
gebergte

Slide 52 - Quiz

This item has no instructions

De horizonlijn is
A
Kantig
B
Golvend
C
Recht
D
X

Slide 53 - Quiz

This item has no instructions

De helling is..
A
Steil
B
Matig
C
Zwak
D
X

Slide 54 - Quiz

This item has no instructions

Het hoogteverschil is .....
A
Klein
B
Matig
C
Groot
D
X

Slide 55 - Quiz

This item has no instructions

Het reliëf is .....
A
vlakte
B
heuvellandschap
C
plateau
D
gebergte

Slide 56 - Quiz

This item has no instructions

De horizonlijn is
A
Kantig
B
Golvend
C
Recht
D
X

Slide 57 - Quiz

This item has no instructions

De helling is..
A
Steil/matig
B
Matig/zwak
C
Zwak
D
Steil

Slide 58 - Quiz

This item has no instructions

Het reliëf is..
A
vlakte
B
plateau
C
heuvellandscnap
D
gebergte

Slide 59 - Quiz

This item has no instructions

De horizonlijn is
A
Kantig
B
Golvend
C
Recht
D
X

Slide 60 - Quiz

This item has no instructions

Het hoogteverschil is .....
A
Klein
B
Matig
C
Groot
D
X

Slide 61 - Quiz

This item has no instructions

De helling is..
A
Steil
B
Matig
C
Zwak
D
X

Slide 62 - Quiz

This item has no instructions

Het reliëf is ....
A
vlakte
B
plateau
C
heuvellandschap
D
gebergte

Slide 63 - Quiz

This item has no instructions

De landbouw

Slide 64 - Slide

This item has no instructions

Succescriteria
9.2. Ik kan landschapselementen van de landbouw herkennen.
9.3.Ik onderzoek de relatie tussen landbouw en het reliëf
9.3.Ik onderzoek de relatie tussen landbouw en de bodemsoort.


Slide 65 - Slide

This item has no instructions

Welke 3 soorten landbouw zijn er?

Slide 66 - Open question

This item has no instructions

veeteelt
akkerbouw
tuinbouw

Slide 67 - Drag question

This item has no instructions

Op een vlakte is altijd landbouw mogelijk.
A
waar
B
niet waar

Slide 68 - Quiz

This item has no instructions

Op een grasvlakte tussen steile hellingen is veeteelt mogelijk
A
waar
B
niet waar

Slide 69 - Quiz

This item has no instructions

Welke bodemsoorten zijn vruchtbaar om aan landbouw te doen?
A
stenige bodem
B
leem
C
zand
D
klei

Slide 70 - Quiz

This item has no instructions

Het weer

Slide 71 - Slide

This item has no instructions

succescriteria
9.2.Ik kan opsommen welke elementen het weer bepalen.
9.2.Ik kan het verschil tussen weer en klimaat uitleggen.
9.2.Ik kan een weerbericht lezen.
9.2.Ik kan gegevens aflezen uit een klimatogram.


Slide 72 - Slide

This item has no instructions

Voor welke periode wordt het weer bepaald?
A
lange periode (weken, maanden, jaren,...)
B
korte periode (paar uur, halve dag,...)

Slide 73 - Quiz

This item has no instructions

Voor welke oppervlakte wordt het weer bepaald?
A
kleine oppervlakte (provincies, gewesten,...)
B
grote oppervlakte (land, werelddeel,...)

Slide 74 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de juiste definitie van het weer?
A
Het weer is de toestand van de atmosfeer op een kleine oppervlakte tijdens een korte periode.
B
Het weer is de toestand van de atmosfeer op een grote oppervlakte tijdens een korte periode.
C
Het weer is de toestand van de atmosfeer op een kleine oppervlakte tijdens een lange periode.
D
Het weer is de toestand van de atmosfeer op een grote oppervlakte tijdens een lange periode.

Slide 75 - Quiz

Het weer wordt bepaald door de weerselementen. Dit zijn kenmerken van de huidige toestand van de atmosfeer. De atmosfeer is de lucht rond de aarde. De atmosfeer is bijna 10 000 km dik, maar voor het weer is de laag het dichtst bij de aarde het belangrijkste. Dit is de troposfeer en is tussen de 8 en 16 km dik.
Even herhalen...

Slide 76 - Slide

De wind waait op donderdag uit het westen.
De wind komt op één dag na altijd uit het zuiden.
De temperatuur is maximaal 16 °C.
De wind waait nooit harder dan 35 km/h.
Er wordt regen verwacht op vrijdag, zaterdag en zondag.


Welke stelling is juist?
A
De wind waait op donderdag uit het oosten.
B
De temperatuur is maximaal 14°C.
C
De wind waait nooit harder dan 35km/h.
D
Er wordt regen verwacht op vrijdag, zaterdag en zondag.

Slide 77 - Quiz

This item has no instructions

Weer

-> dat wat vandaag of in de nabije toekomst zal zijn. Voorbeeld: Vandaag en morgen zal de zon schijnen. 
Klimaat

-> berekent de gemiddelde toestand van temperatuur en neerslag over 30 jaar

Slide 78 - Slide

This item has no instructions

Weer
Klimaat

Slide 79 - Drag question

This item has no instructions

Slide 80 - Slide

This item has no instructions

Temperatuur
Neerslag

Slide 81 - Slide

This item has no instructions

Temperatuur
Neerslag

Slide 82 - Slide

This item has no instructions

Temperatuur
Neerslag

Slide 83 - Slide

This item has no instructions

Temperatuur
Neerslag

Slide 84 - Slide

This item has no instructions

Temperatuur
Neerslag

Slide 85 - Slide

This item has no instructions

Temperatuur
Neerslag

Slide 86 - Slide

This item has no instructions

Temperatuur
Neerslag

Slide 87 - Slide

This item has no instructions

Welke verschillen in de klimatogrammen zijn merkbaar op basis van die twee weerelementen?
Madrid

Slide 88 - Slide

This item has no instructions