5.2 Slavenwerk op de plantages 5.3 De opkomst van abolitionisme

Herhaling:
  • Welke kolonies werden naast Nederlands-Indië veroverd?
  • Welke producten haalden ze uit deze kolonies?
  • Waarom werden er slaven uit Afrika gehaald?
1 / 11
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Herhaling:
  • Welke kolonies werden naast Nederlands-Indië veroverd?
  • Welke producten haalden ze uit deze kolonies?
  • Waarom werden er slaven uit Afrika gehaald?

Slide 1 - Slide

2.5.2 Slavenwerk op de plantages

  • Er werden ongeveer 225.000 Afrikanen naar Suriname en de Antillen vervoerd.

Slide 2 - Slide

  • Slaven moesten werken op de plantages;
  • Plantages waren groot en er werd maar één product verbouwd;
  • De slaven deden het zware werk.

Slide 3 - Slide

  • De eigenaren en opzichters waren Europeanen;
  • Hun enige doel was zoveel mogelijk winst maken;
  • De meeste Europeanen zagen de Afrikanen als minderwaardige mensen.

Slide 4 - Slide

  • Racisme leidde tot keiharde en onmenselijke behandeling;
  • Straffen zoals zweepslagen of andere pijnlijke straffen mochten gegeven worden.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Maken:
Hoofdstuk 2, paragraaf 5.2;
Opdracht 6 + 7

Slide 7 - Slide

2.5.3 De opkomst van het abolitionisme


  • Aan het einde van de 18e eeuw ontstond er in Groot-Brittannië een beweging die protesteerde tegen de slavernij;
  • Deze beweging heet het abolitionisme.

Slide 8 - Slide

  • In 1807 verbood het Engelse parlement de slavenhandel;
  • De slavenhandel verminderde;
  • In 1833 verbood Engeland de slavernij in Britse kolonies.

Slide 9 - Slide

  • In Nederland ontstond in 1840 een abolitionistische beweging;
  • Pas in 1863 kwam er in Nederland een wet die de slavernij afschafte.;
  • Eigenaren van plantages kregen een schadevergoeding.

Slide 10 - Slide

Maken
Hoofdstuk 2, paragraaf 5.3;
Opdracht 8 t/m 13.

Slide 11 - Slide