Modal verbs year 3

Lesson goals
  • Students:
  • know how to use the modals: can, could, to be able to, to be allowed to.
    1 / 13
    next
    Slide 1: Slide
    EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

    This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

    time-iconLesson duration is: 50 min

    Items in this lesson

    Lesson goals
    • Students:
    • know how to use the modals: can, could, to be able to, to be allowed to.

      Slide 1 - Slide

      Vertaling
      Can 
      Could                          ----->         kunnen
      To be able to

      To be allowed to   ------>        mogen

      Slide 2 - Slide

      Which one to use?

      Slide 3 - Slide

      Can/Can´t
      Je gebruikt can en can't:

      1. zeggen/vragen dat iets (niet) kunnen of mogen:

      • I can see you. / I can't see anything.
      • Can you swim? / Can I have that?


      Let op: je kunt can / can't alleen in de tegenwoordige tijd (Present Simple) gebruiken.

      Slide 4 - Slide

      Could
      Je gebruikt could en couldn't: 
      1.  om te zeggen/vragen dat iets misschien mogelijk is:
      • This could be a good thing.
      • Could that be a UFO?
      2. Verleden tijd van Can
      • Luckily, they could help me. / Unfortunately, they couldn't help me.
      3. Om een beleefde vraag te stellen:
      Could you open that window for me?

      Let op: je kunt could / couldn't gebruiken in de tegenwoordige tijd en in een beperkt aantal gevallen in de verleden tijd

      Slide 5 - Slide

      To be able to
      To be able to + hele werkwoord = kunnen in de zin van 'in staat zijn'. 

      kun je to be able to in alle tijden gebruiken.


      • He was able to run a marathon last year. -> Hij was vorig jaar in staat om een marathon te lopen.
      • We won't be able to stay. -> We zullen niet kunnen blijven.

      Slide 6 - Slide

      Be allowed to
      To be allowed to + hele werkwoord = mogen in de zin van 'toestemming krijgen (van iemand anders)'. 

      In tegenstelling tot can en could kun je to be allowed to in alle tijden gebruiken.

      Ik mocht weggaan: I was allowed to leave.

      Hij zal niet mogen weggaan: He won't be allowed to leave.

      Slide 7 - Slide

      summarizing
      Can, could, to be able to, to be allowed to


      1. ‘kunnen’ of ‘mogen’                                                              can
      2. zou kunnen’ / ‘zou mogen’                                                  could
            verleden tijd van can 
            om een beleefde vraag te stellen
       3. ‘kunnen’ of ‘in staat zijn’.                                                      to be able to
       4. ‘mogen’ of ‘toestemming krijgen’                                         to be allowed to

      Slide 8 - Slide


      ___________________betekent "kunnen" of "in staat zijn".                 
                           Je kunt alle werkwoordstijden gebruiken.

      ___________________betekent "mogen" of "toestemming krijgen".
                           Je kunt alle werkwoordstijden gebruiken.


      ___________________betekent "kunnen", "mogelijk" of "in staat zijn" 
                           Je kunt het alleen gebruiken in de present simple.  

      ___________________betekent "zou kunnen" of "zou mogen", of in 
                          de verleden tijd, met de betekenis "konden/mochten".
      can
      could
      to be able to
      to be allowed to

      Slide 9 - Drag question

      Can
      isn't able to
      couldn't
      are allowed to
      could
      be able to
      be allowed to
      could

      Slide 10 - Drag question

      TASK 1

          1. Do exercise 7 and 8 in your book 
          (page 156 and 157).

          2. Individually

          3. Time: 10 min

          4. At the whispering level







          Slide 11 - Slide

          TASK 2

              1. Do Test Jezelf online -> Unit 3 -> writing 

              2. Individually

              3. Time: 10 min

              4. At the whispering level







              Slide 12 - Slide

              I know how to use
              can, could, may, might, to be able to, to be allowed to
              😒🙁😐🙂😃

              Slide 13 - Poll