Paragraaf 3.4 Vernieuwde stad

Lesdoel

  • Je kent de twee vormen van stedelijk vernieuwingsbeleid die vanaf 1980 hebben geleid tot verbetering van de steden.

  • Je kan het verschil herkennen tussen woningen die in een andere tijd zijn gebouwd en de eigenschappen van deze woningen benoemen.
1 / 26
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Lesdoel

  • Je kent de twee vormen van stedelijk vernieuwingsbeleid die vanaf 1980 hebben geleid tot verbetering van de steden.

  • Je kan het verschil herkennen tussen woningen die in een andere tijd zijn gebouwd en de eigenschappen van deze woningen benoemen.

Slide 1 - Slide

Als je 150 jaar geleden was geboren...

Slide 2 - Slide

Pushfactor?
Pushfactor: Verkrotting in de steden

Slide 3 - Slide

3.4 Vernieuwde stad




H3 stedelijke gebieden
domein leefomgeving
H4

Slide 4 - Slide

Gevolg?
Vergrijzing in groeikernen

Slide 5 - Slide

Oplossing: Stadsvernieuwing
vanaf ca. 1980
Kwaliteit verbeteren sociale huurwoningen
Sanering = sloop en nieuwbouw
Renovatie = opknappen woningen

Probleem: type en prijs woningen bleef hetzelfde, dus mensen die het konden betalen bleven vertrekken

Slide 6 - Slide

Steden hebben een goede mix van woonwijken nodig.

Meer dan voorheen blijven jongeren na een opleiding in de stad wonen.

Daardoor is er in steden een gevarieerde bevolkingssamenstelling.

Er zijn wijken nodig voor verschillende soorten mensen in verschillende sociaaleconomische klassen.

Slide 7 - Slide

Probleemwijk
Kenmerken van probleemwijken:
  • Goedkope huurwoningen
  • Eenzijdige bevolkingssamenstelling
  • Sociaaleconomisch kansarme bewoners
  • Slechte woonomgeving

Welke wijken?
  • Negentiende-eeuwse arbeiderswijken (niet geherstructureerd)
  • Naoorlogse flatwijken

Slide 8 - Slide

Probleemwijken
Segregatie -> goede en slechte wijken.
- Inkomenssegregatie
- Ethnische segregatie

Oplossing: 
1980: stadsvernieuwing (sarnering (sloop) en renovatie)
1990: herstructurering (huur slopen - koop bouwen)


Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Stadsvernieuwing
  • Renovatie : opknappen
  • Sanering: sloop en nieuwbouw

Doel: Het verbeteren van de kwaliteit van de woningen.

Welk gevolg heeft dit voor de bevolkingssamenstelling?
  • eenzijdig: weinig verandering , met name ouderen, studenten en immigranten. 

Slide 11 - Slide

Herstructurering
Verbeteren kwaliteit woningen, woningaanbod en openbare ruimte.
-> Slechtste woningen worden duurder en luxer. 

Gevolgen:
  • Bevolkingssamenstelling verandert: rijkere mensen met meer koopkracht
  • Hoger voorzieningenniveau

Slide 12 - Slide

Gentrification
 aantrekken hoger opgeleide bevolking om meer verscheidenheid aan te brengen in de bevolkingssamenstelling

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

3.5 Buurtprofiel

Slide 15 - Slide

Welke twee soorten segregatie zijn er? 
Welke vorm van segregatie zie je op deze kaart?

Slide 16 - Slide

Buurtprofiel
-woningkenmerken
-bewonerskenmerken
-omgevingskenmerken (3.6)


Slide 17 - Slide

3

Slide 18 - Video

01:15
Uit welke drie onderdelen is het buurtprofiel opgebouwd?

Slide 19 - Open question

01:56
Welke 5 bewonerskenmerken heb je net gehoord?

Slide 20 - Open question

02:28
Welke 4 woningkenmerken heb je net gehoord?

Slide 21 - Open question

Wat zijn hier de woningkenmerken?

Slide 22 - Open question

Wat zijn hier de bewonerskenmerken?

Slide 23 - Open question

Wat zijn hier de woningkenmerken?

Slide 24 - Open question

Wat zijn hier de bewonerskenmerken?

Slide 25 - Open question

Leg uit dat de overheid wel veel invloed kan uitoefenen op de woningkenmerken in een buurt maar veel minder op de bewonerskenmerken

Slide 26 - Open question