2KA VRIJDAG 6 SEPTEMBER

2KA VRIJDAG 6 SEPTEMBER
WAT HEB JE VORIGE LES GELEERD?




10 MINUTEN LEZEN!
nabespreken huiswerk + herhalen!
HUISWERK DEZE LES:
m. opdr. 1 t/m 6 (Lezen 1.3)
Vandaag meenemen leesboek! Heb je die niet? Kom dan in de kleine pauze naar het Mediaplein (2e verdieping), dan mag je bij mij een boek uit de bibliotheek komen halen!
timer
10:00
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

2KA VRIJDAG 6 SEPTEMBER
WAT HEB JE VORIGE LES GELEERD?




10 MINUTEN LEZEN!
nabespreken huiswerk + herhalen!
HUISWERK DEZE LES:
m. opdr. 1 t/m 6 (Lezen 1.3)
Vandaag meenemen leesboek! Heb je die niet? Kom dan in de kleine pauze naar het Mediaplein (2e verdieping), dan mag je bij mij een boek uit de bibliotheek komen halen!
timer
10:00

Slide 1 - Slide

HERHALEN LEZEN 1.3
In deze paragraaf herhaal je:
• de manieren van lezen nauwkeurig lezen en verkennend lezen;
hoe je het onderwerp en deelonderwerp van een tekst vindt;
• de Moeilijke-woordenwijzer;
• de signaalwoorden die een opsomming, tegenstelling en tijdsvolgorde aangeven.
In deze paragraaf leer je:
• de manieren van lezen zoekend lezen en studerend lezen.

Slide 2 - Slide

Wat is een signaalwoord
Wat zijn signaalwoorden?
A
Woorden die verbanden tussen zinnen leggen
B
Woorden die zelfstandig een betekenis hebben
C
Woorden die iets zeggen over het zelfstandignaamwoord
D
Woorden die extra informatie geven

Slide 3 - Quiz

De signaalwoorden in een instructie zijn de signaalwoorden van een:
A
opsomming
B
tegenstelling
C
reden
D
doel-middel

Slide 4 - Quiz

Welke signaalwoorden zijn een signaalwoord voor tegenstelling?
A
integendeel
B
echter
C
tegenover
D
maar

Slide 5 - Quiz

Welk signaalwoord is GEEN signaalwoord voor 'opsomming'?
A
en
B
ook
C
daarna
D
tevens

Slide 6 - Quiz

Welk signaalwoord is een signaalwoord voor reden?
A
vanwege
B
zoals
C
tot slot
D
toch

Slide 7 - Quiz

Signaalwoorden tijdsvolgorde zijn
A
want, omdat, namelijk
B
ten eerste, en, tot slot
C
eerst, vervolgens, dan
D
dus, kortom, slotsom

Slide 8 - Quiz

Signaalwoord
Geen signaalwoord

maar

   aan

worden 


 want

Hoewel

  slecht

Slide 9 - Drag question

huiswerk in agenda schrijven!
MAANDAG 9 SEPT.
m. opdr. 7, 8, 9, 12 t/m 18 + Test Jezelf (Lezen 1.3)
    + meenemen leesboek!




Slide 10 - Slide