H1F H3 ww-spelling les 2

timer
10:00
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

timer
10:00

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Ik kan / weet: 
  • de verleden tijd van sterke werkwoorden correct spellen.

Slide 2 - Slide

Sterke werkwoorden
De sterke werkwoorden veranderen 
van klank als ze 
van tijd veranderen.

Slide 3 - Slide

PVVT (sterk ww) / d of t
Hoe weet je wanneer je een -d of een -t schrijft aan het einde van het werkwoord?

  • maak het woord langer (verlengproef)
  • voorbeeld: had - hadden

Slide 4 - Slide

Regels pvvt (sterk ww)
  • Schrijf het woord zo kort mogelijk.
  • Gebruik geen dubbele letters (-dd of -tt), behalve als dat nodig is voor de uitspraak.

Voorbeeld: hebben - had - hadden

Slide 5 - Slide

Sterke werkwoorden

Slide 6 - Slide

Opdracht
We maken opdracht 1 blz. 96-97. 

Als je hiermee klaar bent, ga je het huiswerk nakijken met het antwoordboek.

Huiswerk:
H3 spelling blz. 95 opdr. 4
H3 ww-spelling blz. 97 opdr. 2 en 3
timer
10:00
Heb je vragen? Steek je hand omhoog.

Slide 7 - Slide

Huiswerk
Di 27-09
Lezen theorie blz. 124 + 126

Vrij 30-09
blz. 125 opdr. 4 maken
blz. 127 opdr. 3 maken

Slide 8 - Slide

Sterk of zwak werkwoord?

Het vliegtuig vloog
A
sterk
B
zwak

Slide 9 - Quiz

Blijft de klank van
SNOEPEN
in de verleden tijd hetzelfde?
A
JA, het is een zwak werkwoord
B
NEE, het is een sterk werkwoord

Slide 10 - Quiz

Blijft de klank van
KOPEN
in de verleden tijd hetzelfde?
A
JA, het is een zwak werkwoord
B
NEE, het is een sterk werkwoord

Slide 11 - Quiz

Waar of niet waar: In de verleden tijd schrijf je een sterk werkwoord zo kort mogelijk op.
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quiz

Schrijf de juiste wijze (vt):

Na de les (melden) zich wel tien leerlingen.

Slide 13 - Open question

Schrijf de juiste wijze (vt):

Wij (genieten) ...... van de spannende film.

Slide 14 - Open question

Ik kan de verleden tijd van sterke werkwoorden correct spellen.
0 = echt (nog) niet / 10 = absoluut wel
010

Slide 15 - Poll