T1C Leçon 5

Bonjour 
1 / 18
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Bonjour 

Slide 1 - Slide

Programme 
pour la leçon 5
        Aujourd'hui (=vandaag) :
  • Huiswerk overhoren voca 1-4
  • Apprendre: les accents et le ç (le "c" cédille)
  • Parler français
  • Apprendre : le pluriel
  • Écouter et lire: D'accord
mercredi 1er février

Slide 2 - Slide



"Huiswerk overhoren"
dans le cahier

Slide 3 - Slide

Les accents
é
è
ê
ç
e accent aigu
e accent grave
e accent circonflexe
c cédille

Slide 4 - Slide

e
e
accent grave
accent aigu

Slide 5 - Slide

e
accent grave

Slide 6 - Slide

elf

Slide 7 - Slide

e
accent aigu

Slide 8 - Slide

één

Slide 9 - Slide

De uitspraak van de è en é 
l'école
le collège
l'élève 

Slide 10 - Slide

C ou Ç ?
  1. De 'c' als een [s] voor de letters e en i : ici (hier) - c
  2. De 'c' als een [k] voor de letters a, o en u : copain - camping 
  3. De 'ç' met cédille --> [s] : français - ça va 

Slide 11 - Slide

Regardez. 

le garçon => les garçons
la fille => les filles
l'ordinateur => les ordinateurs

Quelle est la différence ?


Slide 12 - Slide

Enkelvoud / Meervoud

Slide 13 - Slide

Supplément page 11
  • Het zelfstandig naamwoord krijgt in het meervoud een -s.
  • Le, la, l' worden in het meervoud allemaal les.
  • Exercice C page 11: voorbeeld: le jardin > les jardins = de tuinen

Slide 14 - Slide

Exercice C page 11
  1. Les tables = de tafels
  2. Les frères = de broers
  3. Les villes = de steden
  4. Les élèves = de leerlingen
  5.  Les photos = de foto’s
  6.  Les portes = de deuren
  7.  Les ordinateurs = de computers
  8.  Les maisons = de huizen
  9.  Les écrans = de schermen
  10.  Les chaises = de stoelen
  11.  Les stylos = de pennen
  12.  Les copines = de vriendinnen
  13.  Les professeurs = de leraren
  14. Les pianos = de piano’s
  15. Les prénoms = de voornamen

Slide 15 - Slide

Poser des questions
Je gaat je klasgenoten de volgende vragen in het Frans stellen:
• Hoe heet je?
• Hoe oud ben je?
• Hoe gaat het met je?
Noteer de antwoorden in de tabel.

Slide 16 - Slide

D'accord
  1. Ensemble: chapitre 1 >  1.2 > 1 + 2 + 3 + 6 + 7 
  2. Seul (alleen):  
  • chapitre 1 > 1.2 > 4 + 8 + 9

Slide 17 - Slide

SO chapitre 1
Wat je moet leren op Quizlet voor de SO op donderdag 2 februari:
  • voca 1-1 F-N 
  • voca 1-2 N-F
  • voca 1-3 F-N
  • voca 1-4 N-F

Je hebt een zwarte of blauwe pen nodig. 
De SO duurt ongeveer 30 minuten dus breng je supplement en Frans schrift mee.

Slide 18 - Slide