8.2 Politiek-maatschappelijke stromingen

8.2 Politiek-maatschappelijke stromingen
KA
-De opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen: liberalisme, nationalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme
1 / 40
next
Slide 1: Slide
geschiedenisVoortgezet speciaal onderwijs

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes, text slides and 8 videos.

Items in this lesson

8.2 Politiek-maatschappelijke stromingen
KA
-De opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen: liberalisme, nationalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme

Slide 1 - Slide

Planning
Doel: 5 politieke stromingen kunnen omschrijven.

- Welkom
- Uitleg Congres van Wenen
- De Stromingen
- Opdracht.
(Volgende les maken we 8.2 af)

Slide 2 - Slide

Wat valt je op?

Slide 3 - Mind map




Congres van Wenen
1815





Er komt een machtsevenwicht
in Europa door: Restauratie, Legitimiteit (van Ancien Régime), Solidariteit, omringingspolitiek rond Frankrijk
waarom
Het Congres van Wenen werd na de val van Napoleon in  1815 gehouden door de overwinnende mogendheden met als doel de Europese vrede op effectieve wijze gezamenlijk te regelen en vast te leggen.

Slide 4 - Slide

Help of interessant?
Slide 6: Oorzaken en gevolgen van het Congres van Wenen. 
Slide 7: Nederland als eenheidsstaat een product van Franse overheersing. 
Zet de ondertiteling aan. 

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Video

Politiek-maatschappelijke stromingen
- Liberalisme
- Nationalisme
-Conservatisme
-Socialisme
- Feminisme (8.4)


Slide 8 - Slide

Liberalisme
Kernwoord: Vrijheid
-Liberalen: voor de verlichtingsideeën 
- Grondwet die de koninklijke macht beperkt. 
- economische liberalisme -> Markteconomie 

Slide 9 - Slide

Nationalisme
Kernwoorden: Liefde voor hun eigen natie(volk)
- Volken hebben recht op een eigen staat, Natiestaat -> oorzaak is  van congres van Wenen.
- Verbinding: taal, geschiedenis en cultuur

Slide 10 - Slide

Conservatisme
Kernwoord: Behouden
- Restauratie
- Alles bij het oude laten 
- tegen volksinvloed


Slide 11 - Slide

Bekijk de prent, wat is de boodschap van de tekenaar? Benoem in je antwoord 1
beeldelement. (2p)

Slide 12 - Open question

Socialisme
  • Kernwoord: Gelijkheid
  • Het socialisme wilde betere arbeidsomstandigheden voor fabrieksarbeiders

  • Karl Marx bedacht het socialisme, hij wilde dat de maatschappij geen klassen en standen meer had

Slide 13 - Slide

Opdracht bespreken en samen maken.
- Opbrengst van de vorige les. 
- 8.1:13 (bespreken)
- 8.2: 6 (maken)




Slide 14 - Slide

Wat waren de doelen van het congres van Wenen en waarom werden deze doelen gesteld?

Slide 15 - Open question

Geef een korte omschrijving van de 4 politieke stromingen, welke vinden jullie het lastigst?

Slide 16 - Open question

8.1: 13
Betekenis van het verleden (HD5)
Gebruik de bronnen 5 en 6
a. In bron 5 wordt de industiële revolutie in historisch perspectief geplaatst. leg dit uit. Ant:  Het historisch perspectief zijn ontwikkelingen van het mileu door de geschiedenis. In de tekst word de indusriele revolutie (200 jaar geleden) aangehaald als de grote boosdoener voor de vergroting van de mileuproblemen.
b.  Leg uit wat de tekenaar van bron 6 duidelijk wilde maken. (volgende dia)

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

8.2: 6
Kenmerkend aspect (HD1)
Gebruik de tekst 'het verhaal van Karl Marx'
Noem twee werken van Marx en Engels

De twee werken zijn: Das Kapital en Het Communistisch Manifest. -> vervolg vraag: Wat hebben deze werken met het Kenmerkend aspect te maken. 


Slide 20 - Slide

8.2: 6
Kenmerkend aspect (HD1)
Gebruik de tekst 'het verhaal van Karl Marx'
Noem twee werken van Marx en Engels

De twee werken zijn: Das Kapital en Het Communistisch Manifest. -> vervolg vraag: Wat hebben deze werken met het Kenmerkend aspect te maken. 


Slide 21 - Slide

Opdracht stromingen. 

Slide 22 - Slide

Congres van Wenen faalt:

- Ottomaanse rijk  (griekenland Servië)
- FA nieuw koningshuis
- Belgische opstand
- revolutiejaar 1848

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

Vergelijkbaar situatie nu?
Volgende filmpje behoort NIET tot SE stof.

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

Duitse eenwording onder leiding van Bismarck

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Video

Slide 29 - Slide

Duitsland
  • Nationalisme begon grotere rol te spelen
  • O.l.v. Pruisische Otto von Bismarck (als kanselier)eenwording van Duitsland
  • Na overwinning Frans-Duitse oorlog in 1871 werd het Duitse keizerrijk uitgeroepen

Slide 30 - Slide

Socialisme
  • Kernwoord: Gelijkheid
  • Het socialisme wilde betere arbeidsomstandigheden voor fabrieksarbeiders

  • Karl Marx bedacht het socialisme, hij wilde dat de maatschappij geen klassen en standen meer had

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Video

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

8.5 De sociale kwestie

Slide 35 - Slide

Wat is de Sociale Kwestie? 
  • ‘De rijken worden rijker, de armen worden armer’

  • Alleen ‘de rijken’ mogen stemmen.
    (8.3)

  • Slechte arbeidersomstandigheden. 

  • Eind 19e eeuw.

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Video

Sociale zekerheid en de verzorgingsstaat

Slide 38 - Slide

Wie helpt de arbeiders?

- vanaf 'de werkvloer'

  • Vakbonden: organisatie die opkomt voor de belangen van werknemers.
  • Als je lid was van een vakbond kon je staken: door lidmaatschap was er een kas waaruit je betaald werd, ook als je ziek was.

Slide 39 - Slide

Kinderarbeid
19e eeuw: veel fabrieken in Nederland.

Kinderarbeid

1874: 'Kinderwetje van Van Houten'

Slide 40 - Slide