H3 middeleeuwen 4H

§3 middeleeuwen 4H
1 / 35
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 35 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

§3 middeleeuwen 4H

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

middeleeuwen

Slide 3 - Mind map

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Standenmaatschappij
1. Geestelijken: veel macht, nauw verbonden met de adel
2. Adel: wereldlijke macht, gebaseerd op grondbezit
3. Boeren en horigen: bezit van de adel. Hebben geen invloed, kunnen vaak niet lezen en schrijven, zijn lijfeigenen

In de late middeleeuwen, als de steden opkomen, komt er een nieuwe stand: de burgerij. 

Slide 7 - Slide

Feodale stelsel
- Leenstelsel: lenen van stukken land door de leenheer aan leenmannen (vazallen) in ruil voor trouw, loyaliteit, steun en goederen.
- Schenden van de eed van trouw was het ergste wat een ridder kon doen.
- De leenmannen laten hun grond bewerken door de dede stand: horigen.
- God is de opperleenheer.
- Aan het eind van de middeleeuwen verdwijnt het stelsel.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

De kerk bepaalde wat goed (de zeven deugden) en slecht (de zeven hoofdzonden) was.
Zonden konden ongedaan gemaakt worden door oprecht berouw te tonen, vergeving te vragen, te biechten en boete te doen.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

De duivel
Probeert de mens te verleiden tot het slechte.
Hij kon verschillende gedaantes aannemen en was daardoor niet altijd te herkennen als de duivel.
De duivel en zijn handlangers waren nooit perfect, er was altijd iets mismaakt, want alleen God kon perfect zijn.

Slide 13 - Slide

Hoofsheid
'Zoals aan het hof'
Belangrijkste kenmerk is trouw.
Hoofs gedragen is eervol, oneervol gedrag brengt schande.
Schande is erger dan zonde.

Slide 14 - Slide

Eercultuur
Eer is heel belangrijk.
Kenmerken: collectieve moraal (gedeelde opvattingen over wat goed en kwaad is)
Groep bepaalt of gedrag acceptabel is, niet individu.

Slide 15 - Slide

Gewetenscultuur
Mensen maken zelf uit wat goed en slecht is.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Ridderroman
Hoofsheid en geloof spelen een belangrijke rol.
Twee soorten:
- Karelroman
- Arturroman

Slide 23 - Slide

Kenmerken Karelroman
- Karel de Grote speelt (hoofd)rol
- Kern van waarheid
- Epische concentratie: gebeurtenissen na de dood van Karel de Grote worden toch aan hem toegeschreven
- Thema's: feodale (on)trouw, geloof in en trouw aan God, geweld
- Mannen zijn ruwe en moedige vechtersbazen
- Vrouwen spelen een ondergeschikte rol
- Voorbeeld: Karel ende Elegast


Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Kenmerken Arturroman
- Koning Artur en de ridders van de Ronde Tafel 
- Queestes 
- Fantasy, fantastische elementen
- Vrouwen worden op een voetstuk geplaatst
- Thema: hoofsheid
- Luisteraars leerden hoe een ridder zich moest gedragen
- Voorbeeld: Roman van Walewein

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Onderwijs in de middeleeuwen
- Alleen de adel ging naar school: kloosterscholen 
- Les in het Latijn 
- Universiteiten: ook in het Latijn
- Theologie, rechten of medicijnen 



Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Geestelijke literatuur
- Didactisch: doel om de lezer iets te leren

- Heiligenlevens: beschrijving van het leven van Jezus en allerlei heiligen om te laten zien hoe goed moet leven
- Exempelen: korte verhalen over goed en kwaad
- Legendes: korte verhalen over heiligen
- Marialegende: Maria is bemiddelaar tussen de mens en God. Wordt ook wel mirakleverhaal genoemd.

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide