Paragraaf 2.2 De Verlichting

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

De Verlichting

Vandaag:

- Herhaling quiz

- Herhaling vorige lessen 

- De Verlichting 

- Werkboek

- Quiz

Leerdoelen

- Je kunt uitleggen wat de ideeën waren van John Locke en Montesquieu. 

- Je kunt uitleggen wat er in een grondwet staat.

Welke gebeurtenis wordt gezien als het begin van de Franse Revolutie?

1. Eed op de Kaatsbaan
2. De oogst mislukt
3. Bestorming van de Bastille
4. De koning en koningin worden afgezet.

Een absolute koning heeft alle macht in zijn land

1. Waar
2. Niet waar

Eerste stand

Tweede stand

Derde stand

Winkeliers

Adel

Geestelijken

Boeren

Gewone burger

Ambachtslieden

Naar welk land probeerden Lodewijk 16e en Marie Antoinette te vluchten?

1. Engeland
2. Oostenrijk-Hongarije
3. Frankrijk
4. Spanje

Herhaling 3 standen

De Verlichting

- Geleerden in de 18e eeuw stelden veel vragen.

> Doen veel onderzoek.

> Zoeken bewijs voor antwoorden.

Kerken en absolute vorsten hadden hier last van. 

John Locke

- Hoe weet je of iets waar is?

- Tegen absolute koningen.

- Vader van het 'liberalisme'.

Montesquieu

- Macht moet verdeeld worden in 3 groepen die elkaar controleren. 

Wat doen we tegenwoordig?

- Nederland heeft een grondwet, daarin staan:

> Grondrechten en plichten van burgers.

> Grondrecht: regels waaraan de regering zich moeten houden, ook de koning. 

Voorbeeld: vrijheid van meningsuiting, gelijke behandeling.

Wat zouden voor- en nadelen kunnen zijn van het hebben van een absolute koning?

Tot 12:50 werken aan de opdrachten:

- Lezen tekst A: Zelf denken en onderzoeken.

- Vragen paragraaf 2.2: 1, 2  en 3.  

Wie wordt gezien als de vader van het liberalisme?

1. John Locke
2. Voltaire
3. Montesquieu
4. Lodewijk 16e

Wat moest er volgens Montesquieu gebeuren met de machtsverdeling in een land

1. Alle macht moest naar de koning
2. Dat moest worden verdeeld over 3 groepen.
3. Alle macht moest naar de rechters
4. Alle macht moet naar de regering.

De geleerden van de Verlichting geloofden dat de koning alle macht kreeg van god

1. Waar
2. Niet waar

Wat staat er in de grondwet?

1. Alleen de plichten van burgers
2. Dat de koning alle macht heeft
3. Belangrijkste rechten en plichten van burgers en de regering
4. Alleen de rechten en plichten van de regering

Geleerden vonden tijdens De Verlichting dat iets alleen waar is als je het kunt bewijzen

1. Waar
2. Niet waar