W38 BIO 3K BS 1,2,3 THEMA 2

Thema 2 Voortplanting en ontwikkeling
1 / 17
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Thema 2 Voortplanting en ontwikkeling

Slide 1 - Slide

Basisstof 1 Het voortplantingsstelsel van een man 

Slide 2 - Slide

Leerdoel 
  • Je kunt de delen van het voortplantingsstelsel van een man met hun ligging, bouw en functies noemen, in afbeeldingen aanwijzen en hun werking beschrijven.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Tekst
Tekst
Tekst
Te
teelbal, testis
zaadleiders
de prostaat
teelballen
zaadblaasjes
worden zaadcellen gemaakt
Opslag plaats voor zaadcellen
zorgen voor het vervoer van zaadcellen
voegt vocht toe aan de zaadcellen
voegt vocht en voedingsstoffen aan de zaadcellen toe

Slide 5 - Drag question

Op welke leeftijd begint de puberteit gemiddeld bij meisjes?
A
9 jaar
B
10 jaar
C
11 jaar
D
12 jaar

Slide 6 - Quiz

De bijballen maken zaadcellen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quiz

Is het krijgen van borsten een primair of secundaire geslachtskenmerk?
A
primair
B
secundair

Slide 8 - Quiz

Huiswerk 
Lezen bs 1 van thema 2 
 Maken opdrachten 1 t/m 10 

Slide 9 - Slide

Basisstof 2 Het  voortplantingsstelsel van een vrouw 

Slide 10 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt de delen van het voortplantingsstelsel van een vrouw met hun ligging, bouw en functies noemen, in afbeeldingen aanwijzen en hun werking beschrijven.
  • Je kunt de verschillen in de bouw en functie van zaadcellen en eicellen noemen.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

eierstokken
De eileider
de baarmoeder
maagdenvlies
clitoris
In de eierstokken worden de vrouwelijke geslachtcellen gemaakt de eicellen
vervoert de rijpe eicel naar de baarmoeder
Hierin groeit het ongeboren kindje
randje slijmvlies aan het bein van de vagina
Gevoelig voor seksuele prikkelse

Slide 13 - Drag question

0

Slide 14 - Video

1. Hoe lang duurt een menstruatiecyclus

Slide 15 - Open question

Vinden bij een zwangere vrouw menstruatie plaats? En ovulatie?
A
Zowel menstruatie als ovulatie
B
Wel menstruatie maar geen ovulatie.
C
Wel ovulatie maar geen menstruatie.
D
Geen menstruatie en geen ovulatie.

Slide 16 - Quiz

Huiswerk 
Lezen bs 2 van thema 2 
 Maken opdrachten 5 t/m 11 

Slide 17 - Slide