bio h2

doel:
1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieBasisschoolGroep 7

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

doel:

Slide 1 - Slide

Levende natuur: de dieren
De dieren kunnen we verdelen in groepen. 
Allereerst kijken we naar de dieren die botten in hun lichaam hebben. 
Dit noem je gewervelde dieren. 
De gewervelde dieren kun je indelen in 5 groepen. 

Slide 2 - Slide

Dit is een hagedis. Hij hoort bij de groep van reptielen

Slide 3 - Slide

Hier zie je een snoek. 
Hij hoort bij de groep van de vissen. 

Slide 4 - Slide

Hier zien we een kikker. 
Hij hoort bij de groep amfibieën

Slide 5 - Slide

Dit is een pimpelmeesje. 
Hij hoort bij de 
groep vogels

Slide 6 - Slide

Dit is een hond. 
Hij hoort bij de zoogdieren

Slide 7 - Slide

Levende natuur: de dieren
Er zijn ook dieren die geen botten in hun lichaam hebben. 
Dat noem je ongewervelde dieren.  
Hieronder zie je een aantal van die groepen. 

Slide 8 - Slide

Waarom is het skelet belangrijk?
A
Het skelet stuurt de spieren aan
B
Het zorgt voor stevigheid
C
Het beschermt belangrijke organen

Slide 9 - Quiz

Wat zorgt er allemaal voor dat jouw lichaam kan bewegen?

Slide 10 - Open question

De gewrichtskogel
Deze wordt ook wel gewrichtskop genoemd en beweegt in de gewrichtskom. 
Als je bijvoorbeeld je schouder uit de komt hebt dan betekent dit dat de gewrichtskogel van je opperarmbeen niet meer in de kom zit. 
Gewrichtskapsel
Deze worden ook wel gewrichtsbanden genoemd en zorgen er voor dat het gewricht bij elkaar blijft. 
Als je bijvoorbeeld je schouder uit de kom hebt zijn je gewrichtsbanden opgerekt. 
Kraakbeen
Het kraakbeen zorgt er voor dat de botten minder snel slijten. 
Kraakbeen is wat zachter dan botweefsel. 
gewrichtssmeer
Tussen het kraakbeen van de kop en de kom van het gewricht zit gewrichtssmeer. Dit zorgt er voor dat de botten soepel over elkaar heen glijden. 
de gewrichtskom
Samen met de gewrichtskop of gewrichtskogel vormt de kom het gewricht. Dit zorgt er voor dat de botten kunnen bewegen ten opzichte van elkaar.

Slide 11 - Slide

De vorm van de gewrichtskop en de gewrichtskom bepalen welke beweging gemaakt kan worden. 
Knie gewricht
Dit is een scharnier gewricht. Net als een deur kan de knie slechts 1 kant op.
Heupgewricht
Dit is een kogelgewricht. Een kogel is rond en kan dus zo goed als alle kanten op bewegen. 

Slide 12 - Slide

Een gewricht wordt gevormd door twee botten. De volgende onderdelen zitten in een gewricht:
A
Kraakbeen
B
gewrichtssmeer
C
gewrichtskapsel
D
pezen

Slide 13 - Quiz

Een beweging ontstaat omdat de pees zich samentrekt
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quiz

Zintuigen

Slide 15 - Mind map

De spier trekt zich samen door een signaal van de zenuwcellen die in de spier zitten
A
Juist
B
onjuist

Slide 16 - Quiz

Is A. een kogelgewricht of een scharniergewricht?
A
Kogelgewricht
B
Scharniergewricht

Slide 17 - Quiz

Is B. een kogelgewricht of een scharniergewricht?
A
Kogelgewricht
B
Scharniergewricht

Slide 18 - Quiz

Is C. een kogelgewricht of een scharniergewricht?
A
Kogelgewricht
B
Scharniergewricht

Slide 19 - Quiz