2TL unité 1 WK 39 verbe faire

• Frans
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Bonjour!

aujourd'hui

- les absents

- quiz vocabulaire appr 2

- uitleg faire + opdrachten

- challenge op papier

les absents....

Tu habites où? J'habite à Steenwijk, Meppel etc..

C'est quel jour? C'est lundi, mardi, mercredi etc..

Tu as quel âge? J'ai ...... ans

C'est quel mois? C'est janvier etc.

C'est quand, ton anniversaire? C'est le vingt-quatre septembre.

voca appr 2 un 1 klas 2TL 

On va tester le vocabulaire!! Appr2 vocabulaire lire

3 minuten om in stilte de woordjes voor jezelf te herhalen

  in stilte

nr 1 Napoléon - inloggen met je eigen naam

vertaal: gagner

1. winnen
2. winnaar
3. winst
4. verlies

vertaal: wij winnen

1. je gagne
2. nous gagnons
3. nous gagnez
4. nous gagnent

jij wint

1. je gagne
2. tu gagne
3. tu gagnes
4. nous gagnons

vertaal: ik win

vertaal: attaquer

vertaal: ils attaquent

Wat past bij dit plaatje?

1. être d'accord
2. avoir peur
3. assez
4. fort

dernière question....

Wat past bij dit plaatje?

1. Il court.
2. Il a un bleu.
3. Il a peur.
4. Il est fort.

in lj1 hebben wij être en avoir geleerd

Pak je aantekeningenschrift OF

je krijgt een papiertje

lesdoel: ik ken het werkwoord faire

wat betekent het werkwoord
faire?

Je .................. du sport

1. fait
2. faites
3. font
4. fais

Mathias .......................... du football.

1. font
2. fait
3. faites
4. font

Elles .............du volley

1. font
2. fais
3. faites
4. fait

Le rugby est un sport pour les garçons/hommes.

je suis d'accord

je ne suis pas d'accord

Maak de opdrachten in Learnbeat, être avoir en faire

uitdelen A4 challenge/ werkwoorden

In  tweede de les van vrijdag kun je verdergaan met de opdrachten.

Klaar? Schrijf je huiswerk in je agenda en start met het leerwerk.

les vrijdag

Ga verder met de opdrachten die in Learnbeat klaarstaan.

Lees de challenge. Aan het eind van de les kun je vragen stellen over de challenge.

Voor volgende week leer je het werkwoord FAIRE uit je hoofd.