verteltijd: De tijdsduur die het
lezen van het verhaal/boek in beslag neemt (bijv. 5 uur).
vertelde tijd: De tijdsduur die in het verhaal/boek beschreven wordt (bijv. 25 jaar).
chronologisch: De gebeurtenissen worden van begin tot eind in logische tijdsvolgorde beschreven.
niet-chronologisch: De logische tijdsvolgorde van het verhaal wordt onderbroken door één of meer passages die de lezer in een andere tijd verplaatsen.
flashback: Verhaalfragment van enige omvang dat terugverwijst naar iets wat eerder in de tijd heeft plaatsgevonden.
terugwijzing: Heel kort stukje tekst dat verwijst naar het verleden.
vooruitwijzing: Heel kort stukje tekst dat verwijst naar de toekomst.
in medias res: Het verhaal begint midden in de handeling.
inleiding: Het verhaal begint met een introductie van personages/verhaalsituatie.
open einde: De afloop van het verhaal laat diverse mogelijkheden open.
gesloten einde: Het verhaal heeft een duidelijke, eenduidige afloop.