3.2 Temperatuurverschillen op aarde 22-23

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

3.2 Verschillen in temperatuur

Leerdoelen

*    Je weet dat dankzij de atmosfeer de aarde een leefbaar klimaat heeft.

*    Je begrijpt welke invloed de stand van de zon en de geografische breedte hebben op de temperatuur.

Programma

Herhaling vorige week

- soorten klimaten: quizvragen

- nakijken huiswerk

Temperatuursverschillen op aarde

- oorzaak 1: hoogteligging

- oorzaak 2: breedteligging

Zelfstandig werken

Huiswerk

Weet je het nog? Noteer de namen van de 8 klimaten in de wereld. Het hooggebergteklimaat is het 9de klimaat.

Sleep de kenmerken naar de juiste klimaten.

Tropisch klimaat

Savanneklimaat

Poolklimaat

Steppeklimaat

Geen seizoenen

Te droog voor bomen

Ligt op hoge breedte

Mix van gras en bomen

Bij welk klimaat is het verschil tussen de temperatuur in de zomer en in de winter het grootst?

1. Tropisch klimaat
2. Gematigd zeeklimaat
3. Landklimaat
4. Woestijnklimaat

Bij welk klimaat is het verschil tussen de temperatuur overdag en 's nachts het grootst?

1. Tropisch klimaat
2. Gematigd zeeklimaat
3. Landklimaat
4. Woestijnklimaat

Welk klimaat zie je in
de klimaatgrafiek?

1. Poolklimaat
2. Toendraklimaat
3. Gematigd zeeklimaat
4. Landklimaat

Pak nu je werkboek blz 72-73 en kijk het huiswerk (opdr 2 t/m 4) na met de antwoorden op deze en volgende dia.

Figuur 5

Antwoorden huiswerk

Hoe ontstaan verschillen in temperatuur op aarde?

1. Hoogteligging                                2. Breedteligging

Hoe hoger, hoe kouder.

Wat is de temperatuur bij de pijlen?

Aanwijzing

Boven deze denkbeeldige lijn ligt sneeuw en ijs.

Wat betekent dat voor de temperatuur op deze lijn?

Aanwijzing

Wat is het hoogteverschil met de bovenste rode pijl (waarvan je de temperatuur zojuist hebt gehoord)?

De regel is dat de temperatuur per 1000 meter daling.......................

Antwoord

Sneeuw en ijs blijven liggen zodra de tempatuur onder 0°C komt

Antwoord

Het was op 3000 meter hoogte 0°C

We gaan nu 2000 meter naar beneden

De temperatuur stijgt met 6°C bij 1000 meter dalen

De temperatuur bij de pijl is 12°C

Je wandelt een berg op. In het dal is het 23°C en bij het eindpunt 14°C.
Hoe hoog ben je geklommen bij deze wandeling?

Hoe ontstaan verschillen in temperatuur op aarde?

1. Hoogteligging                                2. Breedteligging

Wat is een andere naam voor onze dampkring?

Wanneer is het 's nachts kouder?

1. Een bewolkte nacht
2. Een onbewolkte nacht

De stand van de zon

De zon schijnt altijd op een gedeelte van de aarde. 

Maar niet overal is de kracht van het zonlicht even sterk, en is er dus niet evenveel warmte.

Hoe kan dat?

Schrijf nu in je eigen woorden op waarom het op polen kouder is dan bij de evenaar. Gebruik twee oorzaken in je uitleg.

Nog enkele begrippen uitgelegd.

Lage zonnestand

Hoge zonnestand

Zie je de verschillen tussen beide foto's?

Bij een lage zonnestand staat de zon laag aan de hemel en bij een hoge zonnestand staat de zon hoog aan de hemel.

Zie je de verschillen tussen de drie tekeningen?

De hoek die de zon met het aardoppervlak maakt, noem je de invalshoek.

En nu jullie............

1. Ga naar de website van BuiteNLand (via Magister-ELO)

2. Open paragraaf 3.2

3. Maak de opdrachten 2,4,6

Dit wordt ook het huiswerk voor de volgende les. Noteer het in je agenda!