Herhaling H10 B2b

Herhaling H10 
1 / 24
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Herhaling H10 

Slide 1 - Slide

Welke doorsnede hoort bij welke letter? 
A:               B:           C: 
1
2
3

Slide 2 - Drag question

Welke doorsnede hoort bij I?
A
doorsnede 1
B
doorsnede 2
C
doorsnede 3

Slide 3 - Quiz

Vraag 1 

Combineer de letters met het cijfer van de doorsnede. 
B

Slide 4 - Drag question

Als je de taart met een mes horizontaal gaat
doorsnijden zoals op het plaatje hiernaast.
Dan is de doorsnede een ……….
A
cirkel
B
rechthoek
C
vierkant
D
driehoek

Slide 5 - Quiz

Als je de taart langs de rode lijn hebt doorgesneden
zoals op het plaatje hiernaast. Dan is de doorsnede
een ……….
A
cirkel
B
rechthoek
C
vierkant
D
driehoek

Slide 6 - Quiz

De doorsnede van het gekleurde vak hiernaast
heeft de vorm van een ……………...
A
vierkant
B
rechthoek
C
driehoek
D
cirkel

Slide 7 - Quiz

De balk hiernaast kun je op verschillende
manieren doorsnijden. Welke vorm kan doorsnede
nooit hebben?
A
vierkant
B
rechthoek
C
driehoek
D
cirkel

Slide 8 - Quiz

Bij welke van deze figuren komt geen driehoekige
doorsnede voor?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Drag question

De twee doorsneden in deze figuren
zijn hetzelfde.
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quiz

De twee doorsneden in deze figuren
zijn hetzelfde.
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quiz

De twee doorsneden in deze figuren
zijn hetzelfde.
A
juist
B
onjuist

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Drag question

Welke vorm heeft de doorsnede van figuur 1 en
de doorsnede van figuur twee?

Slide 15 - Open question

Vierkant
Rechthoek
Driehoek

Slide 16 - Drag question

Van welke ruimtefiguur kan de
doorsnede een vierkant of rechthoek
zijn?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 17 - Quiz

Van welke ruimtefiguur kan de
doorsnede een driehoek zijn?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 18 - Quiz

Van welke ruimtefiguur kan de
doorsnede een cirkel zijn?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 19 - Quiz

Welke letter moet er
bij het hoekpunt
boven
hoekpunt A staan?
A
E
B
C
C
D
D
G

Slide 20 - Quiz

-
Als ik grensvlak BCGF op ware grootte teken, dan wordt deze 5 cm breed en 4 cm hoog.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quiz

Teken het vlak ABFE
met zijde EM op 
ware grootte. 

Slide 22 - Slide

Meet zijde EM.

Slide 23 - Slide

Teken doorsnede 
EMNHE op ware
grootte. 

Slide 24 - Slide