1.1 de industriële revolutie

Geschiedenis
Geschiedenis
Welkom! 
1 / 16
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Geschiedenis
Geschiedenis
Welkom! 

Slide 1 - Slide

Wat gaan we deze les doen?

  • Uitleg paragraaf 1.1 
  • Video met opdrachten 
  • werken aan opdrachten 

Slide 2 - Slide

Regels
We laten elkaar uitspreken!!!

Vinger opsteken (niet roepen door de klas)
Huiswerk maken (ik hou het bij)
Iedere les spullen bij
Aantekeningen maken is verplicht
Niet eten
Water drinken mag







Slide 3 - Slide

Inloggen methode Memo Online 
Klassencode



Slide 4 - Slide




H1: Burgers en stoommachines 

§1.1 De Industriële Revolutie

Slide 5 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt vijf gevolgen noemen van de industrialisatie op economisch gebied.
  • Je kunt drie oorzaken van de industrialisatie van Groot-Brittannië noemen en beschrijven hoe en wanneer de industrialisatie van Nederland begon.
  • Je kunt vier gevolgen van de industriële revolutie noemen die niet economisch zijn.

Slide 6 - Slide

Vóór fabrieken:
Meeste mensen werken in landbouw. In de winter weinig werk.


Boeren verdienden bij met huisnijverheid:
verwerken van grondstoffen thuis om wat bij te verdienen 
--> handelaren verkochten dit door op markten.

Slide 7 - Slide

Rond 1750: eerste fabrieken in Engeland.
Vanaf toen: groei industrie, afname landbouw -> industrialisatie=het proces waarbij er in een bepaald gebied meer industrie (fabrieken) komt. 
Oorzaken industrialisatie:
• Vernieuwingen landbouw --> hogere voedselproductie --> groei productie
• Groei bevolking --> grotere vraag kleding
• Britse ondernemers hadden beschikking tot grondstoffen voor industrie:
    - In Engeland: steenkool + ijzererts
     - In hun kolonies: katoen


Slide 8 - Slide

Vanaf 1750: verbeterde stoommachine door James Watt. (Kan geplaatst worden in fabrieken, treinen, boten.) 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Veranderingen door industrialisatie/(gevolgen)
-> economie
• Mijnbouw (steenkool) en metaalbouw (machines, bruggen, treinrails) belangrijk
• Huisnijverheid verdwijnt
• Boeren gingen werken in fabrieken
• Producten goedkoper (werden sneller gemaakt)
• Bezit van geld werd belangrijker dan bezit van grond
Kapitalisme ontstaat: ec. systeem met zo min mogelijk regels in economie, zodat er zoveel mogelijk winst gemaakt kan worden.

Slide 11 - Slide

Veranderingen door industrialisatie
-> andere veranderingen
• Verstedelijking: Mensen trekken van platteland naar mijnen/fabrieken, ontstaan nieuwe/grotere steden. (Dichtbij de fabrieken wonen)
• Arbeiders: werken voor laag loon in fabriek
• Landschap: spoorwegen, kanalen, bruggen, fabrieken, schoorstenen.


Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Industriële Revolutie
= grote veranderingen door komst van machines en fabrieken

vanaf 1750 tot ong 1850

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Huiswerk
Hoofdstuk 1: Burgers en Stoommachines
Paragraaf §1.1 
Maak opgave 2 t/m 13





Slide 16 - Slide