Herhaling H3 Cultuur

Herhaling H3 Cultuur
1 / 31
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Herhaling H3 Cultuur

Slide 1 - Slide

asociaal gedrag.
sociaal gedrag.

Slide 2 - Drag question

Wat gaan we vandaag doen?
Wat?  We gaan straks een quiz doen. Voor de quiz krijg je tijd om te leren, neem alles zo goed mogelijk door. 
Hoe? Tijdens het leren is het stil, je mag geen muziek aan. 
Tijd? 10 minuten (zie timer)
Klaar? Na deze 10 minuten gaan we beginnen met de quiz. 
LET OP!! Dit is een extra oefening, het is niet voldoende om alleen dit te weten/ te doen
                                

Slide 3 - Slide

Hoe ga je leren?
(Serieus antwoord!)

Slide 4 - Open question

timer
10:00
Bekijk de begrippen in je boek

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Hoe vindt de socialisatie plaats?
Cultuurkenmerken worden vooral overgedragen door:







imitatie
imitatie:
zie je vooral bij kleine kinderen, overnemen gedrag
Informatie
informatie: 
leren, school, tv, omgaan met problemen, regels geloof
Sociale controle
sociale controle:
De manier waarop mensen anderen stimuleren of dwingen zich aan de geldende normen te houden

Slide 7 - Slide

Aangeboren Aangeleerd?
A
aangeboren
B
aangeleerd

Slide 8 - Quiz

Dominante cultuur
Subcultuur

Slide 9 - Drag question

Verlegenheid aangeboren of aangeleerd?
A
aangeboren gedrag
B
aangeleerd gedrag

Slide 10 - Quiz

Quiz
  • 10 vragen
  • Multiple Choice
  • Stukje uitleg bij elke vraag
  • Niet voorzeggen
  • Maak de vragen alleen

Slide 11 - Slide

Wat zijn normen ?

A
Waarden zijn gedragsregels
B
Waarden zijn dingen die mensen belangrijk vinden
C
Normen zijn gedragsregels
D
Normen zijn dingen die mensen belangrijk vinden

Slide 12 - Quiz

Wat zijn waarden ?

A
Waarden zijn gedragsregels
B
Waarden zijn dingen die mensen belangrijk vinden
C
Normen zijn gedragsregels
D
Normen zijn dingen die mensen belangrijk vinden

Slide 13 - Quiz

Van wie leer je Normen en Waarden? :
A
Vrienden
B
Thuis
C
Door je geloof
D
Door de overheid

Slide 14 - Quiz

Identiteit is...
A
alleen je karakter
B
wie je vrienden zijn
C
wie jouw ouders zijn
D
eigenschappen en ervaring

Slide 15 - Quiz

socialisatie
socialisatoren
identiteit
aanleren normen, waarden en gewoonten.
ouders, vrienden, media, school
De persoon die je bent

Slide 16 - Drag question

'' .... is de verzamelnaam voor alle normen, waarden en gewoonten die mensen in een bepaalde groep of samenleving met elkaar delen''
A
Socialisatie
B
De overheid
C
Identificatie
D
Cultuur

Slide 17 - Quiz

Wat bedoelen we met socialisatie?
A
Aanleren van gedrag door je omgeving
B
Gedrag dat je niet bij iemands rol verwacht
C
Informatie en aanwijzingen
D
Meningsverschil tussen verschillende leeftijden

Slide 18 - Quiz

1

Slide 19 - Video

Het filmpje is een voorbeeld van:
A
Sancties
B
Generatieconflict
C
Asociaal gedrag
D
Abnormaal gedrag

Slide 20 - Quiz

Wat betekent het begrip sociale controle?
A
Mensen hebben een ik-gevoel.
B
Mensen zijn afhankelijk van elkaar
C
Mensen hebben het gevoel dat ze anders zijn.
D
Je omgeving let op je.

Slide 21 - Quiz

De afbeelding is een voorbeeld van:
A
Roldoorbrekend gedrag
B
Rolbevestigend gedrag

Slide 22 - Quiz

Als een minister in korte broek op een ligfiets naar de Tweede Kamer gaat, is er sprake van:
A
rolgedrag.
B
roldoorbrekend gedrag.
C
rolbevestigend gedrag.
D
een vooroordeel.

Slide 23 - Quiz

Wanneer anderen jou overhalen om te roken is er sprake van ....
A
Zwakte
B
Groepsdruk
C
Tolerantie
D
Verandering

Slide 24 - Quiz

Wat is een voorbeeld van leren door imitatie?
A
De kinderen helpen mama met boodschappen doen.
B
Voor de spiegel zingen als rapper Boef.
C
Van papa moet ik om 21:00 uur thuis zijn.
D
De leraar beloont zijn leerlingen met een ijsje.

Slide 25 - Quiz

Wat is imitatie?
A
Alles zo opvatten als een ander doet
B
Je irriteert je snel aan anderen
C
Je past je aan anderen aan
D
Je gaat alles nadoen wat een ander doet

Slide 26 - Quiz

Wat is groepsdruk?
A
Dat er veel mensen tegen je aan duwen.
B
Dat mensen druk voelen in een groep om ergens aan mee te doen?
C
Dat is niks. Het bestaat niet.
D
Een dier.

Slide 27 - Quiz

Rolpatronen 
sociale controle 
sancties

Slide 28 - Drag question

Eigenschappen zijn aangeboren of aangeleerd.

Je ... is vooral aangeleerd

Welk woord of welke woorden, kun je hier invullen?
A
Technisch inzicht
B
Muzieksmaak
C
Taalgevoel
D
Voetbaltalent

Slide 29 - Quiz

Bij het pinnen wordt je de ruimte gegeven om in privcy te betalen.
A
normen
B
waarden

Slide 30 - Quiz

Sleep de begrippen naar de juiste vorm van socialiseren(rode vakken)
Imitatie
informatie
sociale 
controle
De manier waarop mensen anderen stimuleren of dwingen zich aan de geldende normen te houden
Aanleren van regels  en omgangsvormen door informatie
aanleren van gedrag door overnemen van gedrag
school
gezin
vriendengroep

Slide 31 - Drag question