brief 1 havo 5

havo 5
check in
belangrijke data en info
voorbeeldbrief
uitleg vraagzin en woordvolgorde
quiz

1 / 17
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

havo 5
check in
belangrijke data en info
voorbeeldbrief
uitleg vraagzin en woordvolgorde
quiz

Slide 1 - Slide

check in: tout le monde va bien?
comment tu te sens par rapport à l'avenir?(hoe voel jij je over de toekomst?)

Slide 2 - Slide

Belangrijke data en info
18 januari: woordjestoets SSLlijst blz 6-16 fa-ne
elke woensdag een brief inleveren+0,5 bij je brief
donderdag examenbundel mee (examentraining)

Slide 3 - Slide

Lezen voorbeeldbrief

Slide 4 - Slide

zinsvolgorde in het Frans
Ik wil me inschrijven voor de cursus. >Je veux m'insrire 
Ik heb vijf jaar een goede docent Frans gehad.> J'ai eu une bonne prof de français.
Ik kan  goed Frans schrijven, maar ik kan het niet spreken> je peux bien écrire le français, mais je ne peux pas le parler

Slide 5 - Slide

Hoe maak ik een vraag?
1. Est-ce que+ ond+ww+rest
vb: est-ce que vous organisez des activités pendant les weekends?
2. zoals in het Nl, maar dan met een streepje
Organisez-vous des activités?

Slide 6 - Slide

Hoe maak ik een vraag?
Ik vraag me af of u activiteiten organiseert..
Je me demande si vous organisez des activités.

Slide 7 - Slide

uitgangen ww
er> je parle, tu parles, il parle, nous parlons vous parlez, ils parlent
ik heb gepraat> j'ai parlé

Ik wil praten> je veux parler

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

wat valt op bij de woordvolgorde in het Frans?

Slide 10 - Open question

Wat is de correct?
A
j'ai eu=ik heb gehad
B
j'ai eu= ik heb gedaan
C
j'ai eu= ik heb gedaan
D
j'ai eu= ik ben geweest

Slide 11 - Quiz

ik wil vertalen: ik wil stewardess worden
A
je vouloir devenir hôtesse de l'air
B
je voudrais deviens hôtesse de l'air
C
je veut devenir hôtesse de l'air
D
Je veux devenir hôtesse de l'air

Slide 12 - Quiz

ik wil vertalen: ik vraag me af of u activiteiten organiseert
A
Je me demander si vous organise des activités
B
Je me demande si vous organisez des activités?
C
Est-ce que vous organiser des activités?
D
Je me demander si vous organisez des activités?

Slide 13 - Quiz

Ik vertaal: Ik interesser me in de cursus
A
je m'intéresse à le cours
B
je m'intérésse au cours
C
s'intéresser dans le cours
D
je m'intéresser au cours

Slide 14 - Quiz

Hoe vertaal je:ik heb goed Frans geleerd?

Slide 15 - Open question

Hoe sluit je correct een brief af?

Slide 16 - Open question

à vous...
Ga maken brief 2 blz 16. Blader de tips goed door. 
Inleveren volgende week woensdag!
Merci beaucoup!

Slide 17 - Slide