Questions / negations

Questions - present simple
AM / ARE / IS / WILL / WOULD / HAVE GOT?
Vooraan...

Andere werkwoorden?
DO / DOES
1 / 22
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Questions - present simple
AM / ARE / IS / WILL / WOULD / HAVE GOT?
Vooraan...

Andere werkwoorden?
DO / DOES

Slide 1 - Slide

Negations present simple
AM / ARE / IS / WILL / WOULD / HAVE GOT?
Not erachter...

Andere werkwoorden?
DON'T / DOESN'T

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

Questions past simple
WAS / WERE ?
Vooraan...

Andere werkwoorden vt?
DID + hele werkwoord

Slide 4 - Slide

Negations past simple
WAS / WERE ?
not erachter...

Andere werkwoorden vt?
DIDN'T
 + hele werkwoord

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Link

Extra oefenen / extra utidaging
Op de volgende pagina's staan 2 kleuren centraal.
Geel? --> Extra oefening en een uitlegfilmpje voor de leerlingen die het lastig vinden.

Roze? --> Extra uitdaging voor de leerlingen die het helemaal snappen:)

Slide 7 - Slide

Questions and negations with to do

Slide 8 - Slide

Goal
Na deze les kun je vragen  en ontkenningen met 'to do' maken.

Slide 9 - Slide

Questions with 'to do'

Geen vorm van to be (am/are/is/was/were), to have got of can?

Dan gebruik je do of does om een zin vragend te maken.


like chocolate.                                                 Do I like chocolate?

She likes chocolate.                                        Does she like chocolate?  


Bij de onderwerpen he/she/it gebruik je does !

Na do en does krijg je het hele werkwoord!

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

________ you like pizza?

A
Do
B
Does

Slide 12 - Quiz

_________ she play tennis?
A
Do
B
Does

Slide 13 - Quiz

_______ they like chocolate?
A
Do
B
Does

Slide 14 - Quiz

_______ he live in London?
A
Do
B
Does

Slide 15 - Quiz

_______ your father have a red car?
A
Do
B
Does

Slide 16 - Quiz

________ these animals eat carrots?
A
Do
B
Does

Slide 17 - Quiz

Negations with 'to do'

Geen vorm van to be (am/are/is/was/were), to have got of can?

Dan gebruik je don't of doesn't  om een zin ontkennend te maken.


like chocolate.                                                 I don't like chocolate?

She likes chocolate.                                        She doesn't like chocolate?  


Bij de onderwerpen he/she/it gebruik je doesn't!

Na don't en doesn't  krijg je het hele werkwoord!


Slide 18 - Slide

Slide 19 - Link

Are there questions?

Slide 20 - Slide

Geef aan waar je nog hulp bij nodig hebt:

Slide 21 - Open question

Oefen de idioom / OWW in quizlet

Slide 22 - Slide