h2c Unité 2 - les 55- 080223

Salut h2c!
Le 8 février, 2023
BIENVENUE!

- svp boek, schrift en pen op tafel
- svp telefoon in de telefoontas


1 / 12
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with text slides.

Items in this lesson

Salut h2c!
Le 8 février, 2023
BIENVENUE!

- svp boek, schrift en pen op tafel
- svp telefoon in de telefoontas


Slide 1 - Slide

Regels in de klas
- Bij binnenkomst ga je zitten, doe je je telefoon in de telefoontas en leg je 
   je boek, schrift en pen op tafel.
- Je hebt je huiswerk gemaakt als je binnenkomt. Zo niet, wil ik het weten. 
-  Als ik dat zeg ga ik iets uitleggen en dan zijn jullie stil. 
- We hebben respect voor elkaar en luisteren naar elkaar, wil je
   iets zeggen dan steek je je vinger op. 
- rood stoplicht = we zijn stil 
- oranje stoplicht = we mogen overleggen op fluistertoon
- groen stoplicht = we mogen praten, maar niet te hard

Slide 2 - Slide

Le program
  1. Bonjour! Comment ça va?
  2. Wat weet je nog van de vorige les?
  3. Écouter cette semaine au cinéma - Corriger les devoirs 
  4. Apprendre 2, 4 et apprendre 7
  5. Le verbe "mettre"
  6. Les devoirs 
  7. On travaille 
  8. Au revoir!

Slide 3 - Slide

Le but (het doel van deze les)
Na deze les:
- weet ik waar ik het werkwoord "mettre" voor kan gebruiken en hoe ik het kan gebruiken. 

Slide 4 - Slide

Corriger les devoirs
Ex. 4, 5 et 6 - Unité 3 page 89-93
Ex. 9, 10 et 14 - Unité 3 page 97-100

Slide 5 - Slide

Écouter 
Wat is een bijvoeglijk naamwoord?
We gaan het hier nog over hebben maar qua uitspraak gaan we alvast luisteren. In het Frans hoor je de letter van een bijvoeglijk naamwoord vaak niet, maar bij de vrouwelijke
vorm hoor je de "e" wel. 

Slide 6 - Slide

Fermez les livres! 
Apprendre 2 + 4 - traduisez!

1. het verhaal
2. beslissen 
3. l'amitié
4. de kast 
5. la fin 
6. Wat is dat, dat ding van papier?

Slide 7 - Slide

Fermez les livres! 
Apprendre 2 + 4 - traduisez!

1. meten 
2. verboden
3. la patte 
4. het lichaam 
5. le collier
6. Het dier heeft een gemiddeld formaat en weegt veel.

Slide 8 - Slide

Le verbe Mettre
Wat valt je op? Schrijf in je schrift (à deux, 5 min.) 
Mettre    = leggen, zetten
je mets                   ik leg, zet                                        Maman, je ne mets pas le pantalon 
tu mets    j              jij legt, zet                                       vert =  Mamma ik trek de groene 
il/elle/on met          hij, zij, men legt, zet                        broek niet aan. 
nous mettons        wij leggen, zetten                            
vous mettez           jullie leggen, zetten/u legt, zet        Vous avez mis du sucre dans mon 
ils, elles mettent    zij leggen, zetten (m mv en v mv)    café? = Heeft u suiker in mijn koffie 
                                                                                       gedaan?
Il a mis                   hij heeft gelegd, gezet 

Slide 9 - Slide

Les devoirs pour le 10 février 2023
- Faire: Ex. 8A, 8B et 8C (page 94-95)
- Apprendre: apprendre 3 page   115
  zin 3 van apprendre 7 (page 117)

Slide 10 - Slide

On travaille 
- Faire: Ex. 8A, 8B et 8C (page 94-95)
- Apprendre: apprendre 3 page 115
  zin 3 van apprendre 7 (page 117)

Slide 11 - Slide

Au revoir! 
- Faire: Ex. 8A, 8B, 8C + 8E (page 94-96)
- Apprendre: apprendre 3 page 115
  zin 3 van apprendre 7 (page 117)

Slide 12 - Slide