What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Le passé composé met "avoir"
Kies le passé composé
A
J'ai marché
B
Ils marchent
C
Tu vas marcher
1 / 18
next
Slide 1:
Quiz
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
18 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
2 videos
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Kies le passé composé
A
J'ai marché
B
Ils marchent
C
Tu vas marcher
Slide 1 - Quiz
Le passé composé
A
On a habité
B
On avait habité
C
On habite
D
On habitait
Slide 2 - Quiz
LE PASSÉ COMPOSÉ
Le passé composé = de voltooid tegenwoordige tijd
Je vertelt dat je iets
hebt gedaan
. Het is voltooid/gedaan.
Bijvoorbeeld: Ik
heb
het huiswerk
gemaakt
.
Slide 3 - Slide
Le passé composé avec avoir
Hulpwerkwoord
+
voltooid deelwoord:
stap 1: stam = heel ww - er
stap 2: stam + é
avoir
j'
ai
tu
as
il / elle / on
a
nous
avons
vous
avez
ils / elles
ont
march
march
é
Exemple:
Il
a
march
é
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Video
Passé Composé
Slide 6 - Slide
Le passé composé:
Slide 7 - Slide
Le présent- le passé composé avec avoir
De présent is d
e tegenwoordige tijd
: (nu tijd)
De passé composé is
de voltooid tegenwoordige tijd
: (gisteren tijd)
ik kijk je regarde I
k heb gekeken j'ai regardé
jij kijkt tu regardes J
ij hebt gekeken tu as regardé
Hij kijkt il regarde Hij heeft gekeken il a regardé
Wij kijken nous regardons Wij hebben gekeken nous avons regardé
Jullie kijken vous regardez Jullie hebben gekeken vous avez regardé
Zij kijken ils/elles regardent Zij hebben gekeken ils/elles ont regardé
Slide 8 - Slide
Sleep de vervoegingen naar het juiste vakje
Passé composé
Présent
Je regarde
Il parle
Ils ont parlé
Nous avons regardé
J'ai sauté
Nous sautons
Vous fermez
Vous avez fermé
Slide 9 - Drag question
Jij hebt gekeken
A
J'ai regardé
B
Je regarde
C
Tu as regardé
D
Tu regardes
Slide 10 - Quiz
Elle .........(danser) avec son copain
A
ont dansé
B
a dansé
C
danse
D
as dansé
Slide 11 - Quiz
Hoe zeg je in het Frans "we hebben gegeten?"
Slide 12 - Open question
Slide 13 - Slide
La négation et le passé composé
NE
PAS
HULPWERKWOORD
Slide 14 - Slide
Exemples de la négation au passé composé
Je n'ai pas mangé
Tu n'as pas mangé
Il/Elle/On n'a pas mangé
Nous n'avons pas mangé
Vous n'avez pas mangé
Ils/Elles n'ont pas mangé
Slide 15 - Slide
Zet de volgende zin in de ontkening:
J'ai dansé
A
Je ne ai dansé
B
Je n'ai pas dansé
C
Je n'ai pas dansé
Slide 16 - Quiz
Onregelmatige werkwoorden
Avoir
j'ai
EU
ik heb gehad
Être
J'ai
ÉTÉ
Ik ben geweest
faire
J'ai
FAIT
Ik heb gedaan
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Video
More lessons like this
Le passé composé met "avoir"
September 2023
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
GL 6e ed. chapitre 5 Passé composé
March 2022
- Lesson with
20 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
leçon 8
September 2023
- Lesson with
17 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Le Passé Composé (avoir): brugklas
May 2024
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Le Passé Composé (avoir): brugklas
April 2023
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Le Passé Composé (avoir): brugklas
May 2024
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Le PASSE-COMPOSE avec avoir
September 2024
- Lesson with
33 slides
Frans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-3
Le passé composé
September 2019
- Lesson with
11 slides
Frans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2