This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Fictie hoofdstuk 1
realistisch - niet-realistisch
Let daarbij op:
- omgeving; - gedachten, bezigheden en problemen;
- de tijd;
-hoe personages praten met elkaar en omgaan;
Slide 1 - Slide
Fictie hoofdstuk 2
Genres
- voorbeelden realistische genres: detective en thriller
- voorbeelden niet-realistische genres: sciencefiction, fantasy en dystopie
Nog andere genres: avonturenverhaal, historisch verhaal, meidenverhaal etc.
Slide 2 - Slide
Fictie hoofdstuk 3
Hoofdpersoon: kom je het meeste te weten/ het grootste deel van het verhaal beleef je vanuit een persoon/ de hoofdpersoon heeft een belangrijk probleem of opdracht.
Bijpersoon: minder belangrijk/ kom je minder over te weten/ =helper of tegenstander
Slide 3 - Slide
Vervolg hoofdstuk 3
Let op: uiterlijk/ kenmerken: geslacht, leeftijd, gezondheid, achtergrond/ karaktereigenschappen en realaties.
Zie lijst karaktereigenschappen op blz. 119.
Slide 4 - Slide
Waar kun je op letten om te bepalen of en verhaal realistisch of niet realistisch is?
Slide 5 - Open question
Welke genres ken je?
Slide 6 - Mind map
Waar herken je een hoofdpersoon aan?
Slide 7 - Open question
Welke technieken ken je die een auteur gebruikt om de spanning te verhogen?