330 les 6: 1.5 / Terugrekenen met procenten - 3M

● Leerdoelen bespreken

● Terugblik: Vk t/m 1.4

● Uitleg: 1.5

● Zelfstandig werken

● Leerdoel behaald?

Welkom bij wiskunde

bij

op tafel.

Laptop Telefoon

in de telefoontas.

Leg je spullen op tafel

Wat gaan we doen?

Accepteer de les in LU.

1 / 46

Slide 1: Slide

WiskundeMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 46 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Lesson duration is: 60 min

Items in this lesson

● Leerdoelen bespreken

● Terugblik: Vk t/m 1.4

● Uitleg: 1.5

● Zelfstandig werken

● Leerdoel behaald?

Welkom bij wiskunde

bij

op tafel.

Laptop Telefoon

in de telefoontas.

Leg je spullen op tafel

Wat gaan we doen?

Accepteer de les in LU.

Slide 1 - Slide

Beginpagina zonder timer.

Plaatje aanpassen aan het onderwerp van de les.

Leerdoelen

Je kunt het gehele aantal berekenen

als je het deel in percentages weet.

Je kunt het oude aantal berekenen

wanneer je het nieuwe aantal en de

toe- of afname in % weet.

H1: Procenten

VK Breuken en procenten

1. Breuken, procenten en
decimale getallen

2. Percentage gegeven
3. Procenten gevraagd
4. Procenten

5. Terugrekenen naar 100%
6. Promille
7. Exponentiele formule

H6: Verschillende verbanden

VK Machten en wortels

1. Periodieke verbanden

2. Kwadratische verbanden

3. De top van een parabool

4. Wortelverbanden

5. Machtsverbanden

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Op hoeveel decimalen ronden we procenten af?

1 decimaal

geheel getal

2 decimalen

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

1/4

10%

20%

1/10

0,25

33,3

12,5%

0,001

0,125

0,01

Slide 4 - Drag question

This item has no instructions

5% 0,5

0,6

0,25

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​}

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 7 ​}

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 2 ​}

Zet het juiste teken tussen de getallen.

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 5 ​}

\frac{​ 6 ​ ​}{​ 7 ​}

\frac{​ 5 ​ ​}{​ 6 ​}

...

Slide 5 - Drag question

This item has no instructions

Welk percentage hoort bij 2/3?

Procentteken hoef je niet in te voeren.

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Wat betekent de afkorting BTW?

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Hoe noemen we de toename in aantallen?

relatieve toename

relatieve afname

absolute toename

absolute afname

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Hoe noemen we een procentuele afname ook wel?

relatieve toename

relatieve afname

absolute toename

absolute afname

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Hoe schrijf je 89,9 miljoen in cijfers?

89 , 900 000

89.900.000

89 900 000

89 900 000 000

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Terugblik

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Terugblik

Dus in procenten

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Terugblik

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Terugblik

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Terugblik

1,417

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Terugblik

1,417

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Terugblik

1,417

1,417 - 1,326 = € 0,091 is de absolute afname

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Terugblik

1,417 0,091

1,417 - 1,326 = € 0,091 is de absolute afname

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Terugblik

1,417 1 0,091

1,417 - 1,326 = € 0,091 is de absolute afname

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Terugblik

1,417 1 0,091

1,417 - 1,326 = € 0,091 is de absolute afname

X ?

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Terugblik

1,417 1 0,091

1,417 - 1,326 = € 0,091 is de absolute afname

X ?

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Terugblik

1,417 1 0,091

1,417 - 1,326 = € 0,091 is de absolute afname

: 1,417 x 0,091

X ?

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Terugblik

1,417 1 0,091

1,417 - 1,326 = € 0,091 is de absolute afname

: 1,417 x 0,091

X ?

100 : 1,417 x 0,091 =

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Terugblik

1,417 1 0,091

1,417 - 1,326 = € 0,091 is de absolute afname

: 1,417 x 0,091

X ?

100 : 1,417 x 0,091 = 6,422...

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Terugblik

1,417 1 0,091

1,417 - 1,326 = € 0,091 is de absolute afname

: 1,417 x 0,091

X ? 6,422....

100 : 1,417 x 0,091 = 6,422...

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Terugblik

1,417 1 0,091

1,417 - 1,326 = € 0,091 is de absolute afname

: 1,417 x 0,091

X ? 6,422....

100 : 1,417 x 0,091 = 6,422...

Dus de relatieve afname is ongeveer 6,4 %.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Terugblik

p e r c e n t a g e = \frac{​ n i e u w - o u d ​ ​}{​ o u d ​} \times 100

= \frac{​ 1 , 3 2 6 - 1 , 4 1 7 ​ ​}{​ 1 , 4 1 7 ​} \times 100

= - 6, 422 . . .

Dus de relatieve afname is ongeveer 6,4 %.

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

1.5: Terugrekenen naar 100 %

In 2017 zijn er 451 000 mensen werkloos.

Dat is 5,2 % van de gehele beroepsbevolking.

Bereken hoe groot de totale beroepsbevolking is.

Rond af op duizendtallen.

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

1.5: Terugrekenen naar 100 %

In 2017 zijn er 451 000 mensen werkloos.

Dat is 5,2 % van de gehele beroepsbevolking.

Bereken hoe groot de totale groepsbevolking is.

Rond af op duizendtallen.

Beroepsbevolking

mensen

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

1.5: Terugrekenen naar 100 %

In 2017 zijn er 451 000 mensen werkloos.

Dat is 5,2 % van de gehele beroepsbevolking.

Bereken hoe groot de totale groepsbevolking is.

Rond af op duizendtallen.

Beroepsbevolking

mensen

5,2

? 451 000

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

1.5: Terugrekenen naar 100 %

In 2017 zijn er 451 000 mensen werkloos.

Dat is 5,2 % van de gehele beroepsbevolking.

Bereken hoe groot de totale groepsbevolking is.

Rond af op duizendtallen.

Beroepsbevolking

mensen

1 5,2

451 000

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

1.5: Terugrekenen naar 100 %

In 2017 zijn er 451 000 mensen werkloos.

Dat is 5,2 % van de gehele beroepsbevolking.

Bereken hoe groot de totale groepsbevolking is.

Rond af op duizendtallen.

Beroepsbevolking

mensen

451 000

1 5,2

x 100 : 5,2

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

1.5: Terugrekenen naar 100 %

In 2017 zijn er 451 000 mensen werkloos.

Dat is 5,2 % van de gehele beroepsbevolking.

Bereken hoe groot de totale groepsbevolking is.

Rond af op duizendtallen.

Beroepsbevolking

mensen

451 000

1 5,2

x 100 : 5,2

451 000 ; 5,2 x 100 =

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

1.5: Terugrekenen naar 100 %

In 2017 zijn er 451 000 mensen werkloos.

Dat is 5,2 % van de gehele beroepsbevolking.

Bereken hoe groot de totale groepsbevolking is.

Rond af op duizendtallen.

Beroepsbevolking

mensen

451 000

1 5,2

x 100 : 5,2

451 000 ; 5,2 x 100 = 8 673 076,923

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

1.5: Terugrekenen naar 100 %

In 2017 zijn er 451 000 mensen werkloos.

Dat is 5,2 % van de gehele beroepsbevolking.

Bereken hoe groot de totale groepsbevolking is.

Rond af op duizendtallen.

Beroepsbevolking

mensen

X 451 000

1 5,2

x 100 : 5,2

8673076,923

451 000 ; 5,2 x 100 = 8 673 076,923

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

1.5: Terugrekenen naar 100 %

In 2017 zijn er 451 000 mensen werkloos.

Dat is 5,2 % van de gehele beroepsbevolking.

Bereken hoe groot de totale groepsbevolking is.

Rond af op duizendtallen.

Beroepsbevolking

mensen

X 451 000

1 5,2

x 100 : 5,2

8 673 076,923

Dus er zijn totaal 8 673 000 mensen

451 000 ; 5,2 x 100 = 8 673 076,923

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

1.5: Terugrekenen naar 100 %

Inclusief BTW = De BTW zit al wel bij de prijs in.

Exclusief BTW = De BTW zit nog niet bij de prijs in.

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Ex. btw

Incl. btw

x 1,21

: 1,09

x 1,09

: 1,21

Economie Economie

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk

Maken:
Paragraaf 1.5 volgens jouw leerroutes

Nakijken:

Huiswerk van H1 tot nu toe.

timer

4:00

Achter de les

Testopgave

I -> blz. 38

J -> blz. 40

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen behaald?

Je kunt het gehele aantal berekenen

als je het deel in percentages weet.

Je kunt het oude aantal berekenen

wanneer je het nieuwe aantal en de

toe- of afname in % weet.

H1: Procenten

VK Breuken en procenten

1. Breuken, procenten en
decimale getallen

2. Percentage gegeven
3. Procenten gevraagd
4. Procenten

5. Terugrekenen naar 100%
6. Promille
7. Exponentiele formule

H6: Verschillende verbanden

VK Machten en wortels

1. Periodieke verbanden

2. Kwadratische verbanden

3. De top van een parabool

4. Wortelverbanden

5. Machtsverbanden

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Slide 45 - Video

This item has no instructions

Slide 46 - Video

This item has no instructions

330 les 6: 1.5 / Terugrekenen met procenten - 3M

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Drag question

Slide 5 - Drag question

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Open question

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Slide 45 - Video

Slide 46 - Video

More lessons like this

330 les 6: 1.5 / Terugrekenen met procenten - 3M

H1: 1.5 / Terugrekenen met procenten - 3M

310 1.4 / Terugrekenen met procenten - 3K

311 4.2-4.3 Gemiddelde Modus Mediaan

1.5 Terugrekenen naar 100 procent

1.5 - Terugrekenen naar 100%

Leerjaar 3, hoofdstuk 1 1.5 Terugrekenen naar 100 procent

Paragraaf 1.5: Terugrekenen met procenten