Hoofdstuk 2; Woordsoorten

• Nederlands
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 4

WELKOM!

Nederlands

Blok 1

Donderdag 26 september 2024

- jas aan de kapstok

- telefoon in de bak

 - kauwgom in de prullenbak

 

Ga lekker zitten!

- Wie is er wel en wie niet?

- Hoe gaat het met je?

- Verwachtingen

- Wat gaan we doen?

Verwachtingen 

Voor deze les heb je een pen of potlood mee, zodat je kunt schrijven.

Tijdens de les:

- Luister je stil naar de instructie

- Doe je actief mee

- Hebben we respect voor elkaar

- Mag je fouten maken en vragen stellen

Wat gaan we doen?

- Woordsoorten spel

- instructie

- aan de slag

- afsluiting

Woordsoorten spel

Doel van deze les

Aan het eind van deze les:

Weet ik:

* dat we verschillende woordsoorten hebben

lidwoord, bijvoeglijk naamwoord, zelfstandig naamwoord, werkwoord, voorzetsel

Kan ik:
* verschillende woordsoorten herkennen

* de woordsoorten benoemen
* de woordsoorten gebruiken

Wat weet je al?

WOORDSOORTEN

Instructie (ik)

blz. 28 en 29 - werkboek

Lidwoorden: de, het, een

Zelfstandig naamwoord: naam van mens, dier of ding (kan een lidwoord voor)

Bijvoeglijk naamwoord: geeft meer informatie

Werkwoord:  geeft aan wat iemand doet (ik, hij, wij)

Voorzetsel: geeft een plaats of tijd aan

Instructie (ik)

In het gebouw staat veel oude rommel.

lw:

znw:

bnw:

ww:

vz:

Instructie (ik)

Op de kast hebben de leerlingen hun gekleurde werkstukken gelegd.

lw:

znw:

bnw:

ww:

vz:

Instructie (wij)

Wil jij de boeken naast de lege schriften in de kast leggen?

lw:

znw:

bnw:

ww:

vz:

Instructie (jij)

De hond ging van schrik onder de hoge tafel in de gang liggen.

lw:

znw:

bnw:

ww:

vz:

Aan de slag!

blz. 32 en 33 - opdr. 8

blz. 33 - opdr. 9

blz. 34 - opdr. 10

blz. 35 - opdr. 11

Afsluiting

- Hoe ging de les bij jou?

- Tips/tops voor jezelf en voor mij.