H6.1 Zonder licht zie je niets MDE

6.1 Zonder licht zie je niets
1 / 11
next
Slide 1: Slide
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

6.1 Zonder licht zie je niets

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
1) natuurlijke en kunstmatige lichtbronnen.
2) hoe je een lichtbron en voorwerpen ziet.
.
3) Je kunt vertellen wat de spectraal kleuren zijn, wat primare kleuren en secundaire kleuren zijn

Slide 2 - Slide

Lichtbron
Een voorwerp dat zelf licht geeft, noem je een lichtbron.
 De zon en de sterren, vuur en bliksem zijn natuurlijke lichtbronnen. Ze geven licht zonder dat mensen er iets voor doen
Kaarsen, lampen en tl-buizen zijn kunstmatige lichtbronnen (door de mens gemaakt).

Slide 3 - Slide

Lichtstralen
Licht schijnt alle kanten op. Licht beweegt langs rechte lijnen. Één dun lijntje noem je een lichtstraal.  Deze lichtstralen kan je tekenen zoals hiernaast. Lichtstralen zijn altijd rechte lijnen.  
 Komen de lichtstralen van een lichtbron in je oog, dan zie je de lichtbron.

Slide 4 - Slide

Voorwerpen zien
De meeste dingen om je heen geven zelf geen licht. Je kunt ze alleen zien wanneer ze verlicht worden. Het licht dat op het voorwerp valt, wordt dan in alle richtingen teruggekaatst.
1 De lamp straalt licht naar de voetbal.
2 De voetbal weerkaatst de lichtstralen in alle richtingen.
3 De lichtstralen van de voetbal komen in de ogen van het meisje.
4 Het meisje ziet nu de voetbal.\]]]]




Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Voorwerpen zien
De meeste dingen om je heen geven zelf geen licht. Je kunt ze alleen zien wanneer ze verlicht worden. Het licht dat op het voorwerp valt, wordt dan in alle richtingen teruggekaatst.
1 De lamp straalt licht naar de voetbal.
2 De voetbal weerkaatst de lichtstralen in alle richtingen.
3 De lichtstralen van de voetbal komen in de ogen van het meisje.
4 Het meisje ziet nu de voetbal.\]]]]




Slide 7 - Slide

Voorwerpen zien
De meeste dingen om je heen geven zelf geen licht. Je kunt ze alleen zien wanneer ze verlicht worden. Het licht dat op het voorwerp valt, wordt dan in alle richtingen teruggekaatst.
1 De lamp straalt licht naar de voetbal.
2 De voetbal weerkaatst de lichtstralen in alle richtingen.
3 De lichtstralen van de voetbal komen in de ogen van het meisje.
4 Het meisje ziet nu de voetbal.\]]]]




Slide 8 - Slide

Lichtbundels
Een lichtbundel bestaat uit een groep lichtstralen die dezelfde kant op gaan.
Bijvoorbeeld bij een zaklamp. 

Slide 9 - Slide

Onthoud
Licht komt van een lichtbron.
De zon, een ster, vuur en bliksem zijn natuurlijke lichtbronnen.
Natuurlijke lichtbronnen bestaan in de natuur.
Kunstmatige lichtbronnen zijn door mensen gemaakt.
Je ziet licht als een lichtstraal in je ogen komt.
Je ziet een voorwerp als dit de lichtstralen van een lichtbron weerkaatst.
Lichtstralen gaan altijd in een rechte lijn.
Een lichtbundel bestaat uit een groep lichtstralen die dezelfde kant op gaan.

Slide 10 - Slide

Aan het werk!  in NOVA!
Wat? 6.1  Zonder licht zie je niets - opdrachten 1 t/m 18.

Hoe? we werken in stilte., zachtjes overleggen met je buurkind mag 
Heb je vragen? Steek je hand op en ik kom bij je. 
Klaar? Lees ONTHOUDEN van de paragraaf!


timer
1:00

Slide 11 - Slide