4.3 Kun je aan het werk?

4. Aan het werk
4.3 Kun je aan het werk?
1 / 16
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

4. Aan het werk
4.3 Kun je aan het werk?

Slide 1 - Slide

4.3 Kun je aan het werk
Ik kan productie indelen in 4 productiesectoren op basis van kenmerken.
Ik kan uitleggen wat vraag en aanbod bij arbeid is.
Ik kan bij een voorbeeld herkennen of er sprake is van een ruime of krappe arbeidsmarkt.
Ik kan de relatie tussen het begrip werkloosheid en arbeidsparticipatie uitleggen.

Slide 2 - Slide

4.3 Kun je aan het werk?
Productiesectoren

Slide 3 - Slide

Deze sectoren leveren diensten.
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 4 - Quiz

Deze sector verwerkt de grondstoffen van een andere sector tot eindproducten.
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 5 - Quiz

Deze sector is NIET gericht op winst maken.
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 6 - Quiz

Vraag en aanbod van arbeid
Op de arbeidsmarkt is sprake van vraag en aanbod van arbeid:
  • De beroepsbevolking vormt het aanbod van arbeid.
  • De werkgelegenheid vormt de  vraag naar arbeid.

Slide 7 - Slide

Bedrijven die werknemers zoeken, plaatsen een vacature. Dit is...
A
De vraag naar arbeid
B
Het aanbod van arbeid

Slide 8 - Quiz

Werkgelegenheid

Slide 9 - Slide

Evenwicht op de arbeidsmarkt?

Slide 10 - Slide

Bij een ruime arbeidsmarkt is er ...
A
meer vraag dan aanbod
B
meer aanbod dan vraag

Slide 11 - Quiz

Hierbij is minder werkloosheid
A
Krappe arbeidsmarkt
B
Ruime arbeidsmarkt

Slide 12 - Quiz

Arbeidsparticipatie
Arbeidsparticipatie = het deel van de bevolking dat werkt of wil werken. 



Arbeidsparticipatie in dit voorbeeld: 
9,7 mln : 13,2 mln x 100% = 73,5%

Slide 13 - Slide

Geregistreerde en verborgen werkloosheid

Slide 14 - Slide

Als er veel werkloosheid is...
A
Is de vraag naar arbeid groter dan het aanbod.
B
Is de vraag naar arbeid kleiner dan het aanbod.

Slide 15 - Quiz

Aan de slag!
4.3 Kun je aan het werk?


Slide 16 - Slide